1.6 Grote bedrijven
1 / 13
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Video
Starman zweeft in een Tesla in de ruimte. Starman is een etalagepop in een ruimtevaartpak, die luistert naar popmuziek uit de autoradio. Tesla is een automerk. Elon Musk heeft dit plan bedacht. Hij is de eigenaar van Tesla en van het ruimtevaartbedrijf SpaceX. Starman en de Tesla zijn in 2018 de ruimte ingeschoten. Zij zullen waarschijnlijk miljoenen jaren in een baan rond de zon zweven!
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Als iemand iets aanbiedt wat je niet kunt vastpakken en waar een ander behoefte aan heeft, noem je dat een dienst. Een bank kan iemand advies geven – dat is dus een dienst, want een advies kun je niet aanraken. Diensten kun je heel goed via internet aanbieden.
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
In 2019 was de Amerikaan Jeff Bezos de rijkste persoon op aarde. Bezos is de baas van Amazon, een grote internetwinkel. Het bedrijf is ook bekend omdat het bestellingen wil bezorgen met drones.
Slide 9 - Tekstslide
Amazon is een werkgever die veel mensen in dienst heeft. Iemand die voor een bedrijf werkt, heet een werknemer. De werkgever betaalt de werknemer een salaris. De werknemers van Amazon sorteren de internetbestellingen en maken deze klaar voor verzending.
Slide 10 - Tekstslide
Werkgevers en werknemers betalen de overheid belasting. Van dat geld betaalt de overheid diensten, zoals onderwijs, wegen en politie. Multinationals kunnen bedrijven verhuizen naar een land waar de belastingen lager zijn. In Nederland betalen multinationals over hun winst minder belasting dan zij in andere landen betalen. Kleinere bedrijven betalen in Nederland meer winstbelasting. Alle bedrijven en inwoners in Nederland hebben voordeel van de goede voorzieningen die worden betaald van het belastinggeld.
bedrijven willen dezelfde consumenten als klant willen hebben.
A
Goederen
B
Diensten
C
Consumenten
D
Concurrentie
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is een goed voorbeeld van een Multinational?
A
Apple
B
Autobedrijf
C
VOC
D
Restaurant
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
