4.2: De Romeinse samenleving

4.2: De Romeinse samenleving
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

4.2: De Romeinse samenleving

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  • Herhaling 4.1
  • leerdoelen 4.2
  • uitleg 4.2
  • Uitleg begrippenopdracht.
  • aan de slag met opdrachten.

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van deze les:
... heb je geleerd hoe en waardoor de Romeinse economie bloeide.
... Kun je uitleggen welke sociale verschillen er waren in het Romeinse rijk
... kun je uitleggen in wat voor soort samenleving de Romeinen leefden.
... kun je uitleggen welke middelen van bestaan de Romeinen hadden.
... Kun je uitleggen in welke 5 lagen de Romeinse samenleving was opgedeeld.
... Kun je uitleggen wat de begrippen: proletariaat en gladiatoren betekenen.

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling en Afsluiting 4.1

Slide 4 - Tekstslide

4.1: Van stad tot wereldrijk
Dit heb je geleerd:
  • hoe Rome eerst werd bestuurd.
  • je hoe Rome gebieden ging veroveren.
  • hoe Rome een wereldrijk werd en hoe het rijk werd bestuurd.
  • hoe burgeroorlogen leidden tot het ontstaan van het keizerrijk.
  • hoe keizers zorgden voor vrede in het rijk.

Slide 5 - Tekstslide

4.2 De Romeinse samenleving
In deze paragraaf leer je :
  • hoe en waardoor de Romeinse economie bloeide.
  •  welke sociale verschillen er waren in het rijk.
  •  hoe Romeinse machthebbers omgingen met het volk.
  • welke plaats slaven hadden in de Romeinse samenleving.

Slide 6 - Tekstslide

De economie van het rijk:
  • landbouwstedelijke samenleving
  • meer dan duizend steden en stadjes in het rijk
  •  veel productie in landbouw en nijverheid (ambachten)
  • levendige handel binnen het rijk maar ook met gebieden daarbuiten.

Slide 7 - Tekstslide

Welke middelen van bestaan waren er in het Romeinse rijk?

Slide 8 - Woordweb

De economie in het rijk:
  • De economie profiteerde van de Pax Romana, de wegen en het Romeinse geld.
  • meeste mensen wonen op het platteland, boeren moesten de steden van voedsel voorzien. 

Slide 9 - Tekstslide

Rijkdom en armoede:
  • grote sociale verschillen
  • armoede het duidelijkst te zien in Rome (vanaf 1e eeuw v.Chr. 1 miljoen inwoners.
  • veel arm geworden boeren waren naar de stad getrokken en afgezakt tot het proletariaat
  • proletariaat: bevolkingsgroep van bezitloze armen. 

Slide 10 - Tekstslide

Proletariaat:
  • bezaten alleen hun kinderen
  • minstens een kwart van de inwoners kon niet in zijn eigen levensonderhoud voorzien.
  • geen of weinig werk
  • armste inwoners wonen in lemen hutjes
  • mensen die het iets beter hadden in een flatgebouw 

Slide 11 - Tekstslide

Rijke Romeinen:
  • grondbezit belangrijkste bron van welvaart.
  • rijke families lieten hun landbouwgronden bewerken door boeren, die een deel van de oogst moesten afstaan.
  • andere rijke families hadden grote landbouwbedrijven waarop slaven werkten. 

Slide 12 - Tekstslide

Kijkopdracht:
Noteer in je schrift of in Notities de verschillende lagen uit de romeinse samenleving. Maak in je schrift een piramide met 5 lagen.

Slide 13 - Tekstslide

1
2
3
4
5
Slaven
gewone Romeinen
aanzienlijke families
proletariaat
Rijke handelaren

Slide 14 - Sleepvraag

Aan de slag:
  • Afmaken alle opdrachten van paragraaf 4.1 (dit was al huiswerk)
  • Lezen en maken van paragraaf 4.2  opdracht 1 en 2 
  • noteer de betekenis van de begrippen: dictator, senaat, wereldrijk, keizer, proletariaat

Slide 15 - Tekstslide