Persoonlijke hygiëne

2 weken geleden
Handhygiëne
Schoonmaken
- schoonmaakmiddelen
- ontsmettingsmiddelen
- onderhoudsmiddelen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
communicatie en beroepshoudingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

2 weken geleden
Handhygiëne
Schoonmaken
- schoonmaakmiddelen
- ontsmettingsmiddelen
- onderhoudsmiddelen

Slide 1 - Tekstslide

Een kerstkado!!

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

persoonlijke hygiëne

Slide 7 - Tekstslide

Tijdens deze les gaan jullie:
- Leren over persoonlijke hygiëne. 
- Situaties herkennen in je BPV waarbij hygiëne een belangrijke rol speelt. 
-  Inzicht krijgen over aandoeningen die alles te maken hebben met bacteriën, schimmels en parasieten
-
-

Slide 8 - Tekstslide

waar denk je aan bij
persoonlijke hygiëne?

Slide 9 - Woordweb

Hoe vaak douche jij?
iedere dag of vaker
iedere dag
tussen 2 en 6 keer per week
iedere week
minder vaak dan 1 keer per week

Slide 10 - Poll

Hoe vaak poets jij je tanden?
2 keer per dag of vaker
1 keer per dag
tussen 2 en 6 keer per week
iedere week
minder vaak dan 1 keer per week

Slide 11 - Poll

hoeveel zweet een mens per dag
(gemiddeld)
A
10 milliliter
B
1 liter
C
10 centiliter
D
10 liter

Slide 12 - Quizvraag

Hoe vaak doucht de gemiddelde Nederlander?
A
1 keer per week
B
3 keer per week
C
5 keer per week
D
7 keer per week

Slide 13 - Quizvraag

Tandartsen adviseren 2 keer per dag je tanden te poetsen. Hoe lang moet je volgens hen poetsen per keer?
A
2 minuten
B
anderhalve minuut
C
1 minuut
D
30 seconden

Slide 14 - Quizvraag

Wat veroorzaakt de geur van zweet?
A
zweetklieren
B
bacteriën
C
zeep
D
deodorant

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Video

opdracht
Wat doe je als iemand niet lekker ruikt?
Hoe zou je het kunnen zeggen?
oefen in je groepje

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Woordweb

Lesdoelen:
- Je kan in eigen woorden vertellen wat het woord hygiëne betekent.
- Je kan drie vormen van hygiëne benoemen.
- Je weet het verschil tussen persoonlijke hygiëne, sociale hygiëne en bedrijfshygiëne.
- Je kan samen werken met mede leerlingen en vormen samen een mening.

Slide 19 - Tekstslide

Persoonlijke hygiëne
Wat zijn, volgens jou, zaken waar persoonlijke hygiëne over gaat?

Slide 20 - Tekstslide

Persoonlijke hygiëne 

Slide 21 - Tekstslide

Persoonlijke hygiëne

Slide 22 - Tekstslide

Bacteriën.
Goede en schadelijke bacteriën
Salmonella bacterie
De E.coli bacterie
Schimmels

Slide 23 - Tekstslide

bacterie

krentenbaard

wondroos

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Herkennen oorzaak bacterie
Stijfheid nek
Misselijk-overgeven
Hoofdpijn
Epilepsie
Bewustzijn laag
Rood/ paarse vlekjes
Koorts

Slide 27 - Tekstslide

Kinderziektes door bacterie
Krentenbaard

Kinkhoest

Roodvonk  

Slide 28 - Tekstslide

Propioni bacterium acne
Mede veroorzaker van acne!
Deze bacterie heeft iedereen vanaf zijn geboorte. Hij leeft van vetzuren. Hoe meer vet hoe gelukkiger de bacterie, des groter de productie van deze bacterie
 

Slide 29 - Tekstslide

Bacterieflora
  • Permanente goede bacteriën op je huid
  • Verdringen ziektekiemen
  • Huid sluit niet goed aan op: ogen, mond, schede en uitgang van urinewegen
  • Bij je mond en ogen: speeksel en traanvocht -> bevatten bacteriedodende stoffen

Slide 30 - Tekstslide

Voedselvergiftiging
  • Voedsel dat je eet is besmet met micro-organisme, meestal is dit bacterie
  • Die bacterie noemen we ook salmonellabacterie
  • Voedsel goed opwarmen, zorgt voor het doden van bacterie
  • Als je voedselvergiftiging hebt wordt je ziek;

Slide 31 - Tekstslide

afsluiten
Vragen? 
-
-

Slide 32 - Tekstslide