en maar dus of want
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Ik ga naar de bioscoop...............ik heb eigenlijk geen zin.
A
dus
B
of
C
maar
D
want
Slide 4 - Quizvraag
Marit.......... Riddhima gaan samen naar de winkel.
A
en
B
dus
C
want
D
of
Slide 5 - Quizvraag
Hij gaat naar de bakker................hij wil een brood kopen.
A
dus
B
want
C
of
D
maar
Slide 6 - Quizvraag
Wil je pizza eten..................pasta?
A
en
B
of
C
want
D
maar
Slide 7 - Quizvraag
Ik ben erg moe.............. ik ga vroeg naar bed.
A
en
B
want
C
of
D
dus
Slide 8 - Quizvraag
Maak een zin met 'dus'
Slide 9 - Open vraag
Maak een zin met 'of'
Slide 10 - Open vraag
Maar een zin met 'want'
Slide 11 - Open vraag
Maak een zin met 'maar'
Slide 12 - Open vraag
Maak een zin met 'en'
