Uitvindingen van vervoersmiddelen

Uitvindingen van vervoersmiddelen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Uitvindingen van vervoersmiddelen

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de aanleiding van een nieuwe uitvinding?

Slide 2 - Open vraag

De fiets
Probleem: Hoge sterfte bij paarden door honger.
Gevolg: Uitvinding eerste fiets: "de loopfiets".
Uitvinder: de Duitse baron Karl Drais.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Vroeger:


Nu:
Een plank als frame
Holle stalen buizen als frame
Houten wielen
Wielen van schapendarmen
Wielen van rubber
Kettingkast
Trappers vast aan de wielen

Slide 6 - Sleepvraag

De Zeilwagen

Slide 7 - Tekstslide

Welk 'probleem' was de aanleiding voor de uitvinding van de zeilwagen?
A
Hoge sterfte bij paarden door honger
B
Het verplaatsen ging te langzaam
C
Rijke mensen vonden lopen of fietsen teveel gedoe
D
Veel fietsen die werden gestolen.

Slide 8 - Quizvraag

De automobiel
Probleem: Het verplaatsen van plek naar plek gaat te langzaam
Gevolg: Uitvinding Zeilwagen.
Uitvinder: Simon Stevin

Slide 9 - Tekstslide

Stoomauto
De eerste auto's leken erg veel op koetsen, net zoals de elektrische auto's van nu, lijken op de auto's van nu.

Omdat stoom de enige bekende brandstof was, werd de eerste auto gemaakt met een stoommachine.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Wat heeft Karl Benz bedacht?
A
Een auto met verbrandingsmotor
B
Een auto die getrokken wordt door een paard
C
Een elektrische auto
D
Een auto met vier wielen

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

De komst van de auto werd in Nederland niet heel goed ontvangen, waarom niet denk je?

Slide 14 - Open vraag

De eerste auto reed in 1896 in Nederland.
De komst van de auto werd in Nederland nog niet heel goed ontvangen, omdat
ze gevaarlijk waren en de straten zouden blokkeren. Er kwam verzet, vooral door de vele auto-ongevallen. Op het platteland werden de automobilisten zelfs nog wel eens aangevallen door boze burgers. 

In 1907 telde heel Nederland nog geen 1500 autobezitters.


Slide 15 - Tekstslide

Henry Ford
Met de massaproductie en lopende band van Henry Ford werd de auto een nog groter succes omdat de auto goedkoper werd en dus meer mensen een auto konden kopen.

Slide 16 - Tekstslide

Innovaties
Innovaties zijn 'vernieuwingen'.

Na de Tweede wereldoorlog zijn er veel innovaties geweest in de auto-industrie. Denk aan autogordels, hoofdsteunen, cruise controle, remlicht, etc.



Slide 17 - Tekstslide

De elektrische auto
Geen voertuigen meer die rijden op fossiele brandstof. De uitstoot moet omlaag. Elektrische auto of waterstofauto is de toekomst.

Slide 18 - Tekstslide

Wat betekent 'innovaties'?
A
uitstoot
B
veranderingen
C
elektrische auto
D
vernieuwingen

Slide 19 - Quizvraag

Het vliegtuig

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Het eerste vliegtuig
Het eerste vliegtuig met een motor maakte zijn eerste vlucht op 17 december 1903. Het vliegtuig was gebouwd door de broers Wright en maakte op die dag een vlucht van 12 seconden over een afstand van bijna 37 meter. 

Slide 22 - Tekstslide

Wie heeft het vliegtuig uitgevonden?
A
Karl Benz
B
juf Ruby
C
De gebroeders Wright
D
James Flight

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

De toekomst van voertuigen

Slide 25 - Tekstslide

Welke innovaties (vernieuwingen) verwacht jij in de toekomst wat betreft voertuigen?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Video