Hoofdstuk 2 paragraaf 1 Interbellum en Tweede Wereldoorlog (1918 - 1945)

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Historische context Hoofdstuk 2 Duitsland in Europa (1918 - 1991)

Duitsland

Oostenrijk- Hongarije

Rusland

Frankrijk

Groot-Brittannië

keizer Wilhelm II

streeft naar koloniaal rijk

democratie & republiek

monarchie & democratisch

Tsaar Nicolaas II

veelvolkerenstaat

veelvolkerenstaat

wil revanche voor 1871

wil grootste marine blijven

wil macht op Balkan uitbreiden

Bondgenootschappen

Nationalisme

Militairisme

Imperialisme

een wereldrijk willen stichten

een eigen land willen vormen

landen steunen elkaar in geval van oorlog

het leger zeer belangrijk vinden

bedoeld om een oorlog te voorkomen 

wapenwedloop

veroorzaakt een domino-effect aan oorlogsverklaringen

eigen volk superieur vinden

kolonies willen bezitten

In 1914brak de Eerste Wereldoorlog uit. In deze oorlog streden twee groepen tegen elkaar. Aan de ene kant de Geallieerden met de landen

                                       en 

Aan de andere kant de Centralen met                                           en 

Door het mislukken van het                                         raakte Duitsland toch verstrikt in een                                        . De oorlog aan het                                           liep vast in een                                               De oorlog aan het                                           was wél een bewegingsoorlog. Voor het eerst waren burgers massaal betrokken bij een oorlog. De Eerste Wereldoorg is daarom een                                                         

loopgravenoorlog

Duitsland

oostfront

Schlieffenplan

Frankrijk

Rusland

westfront

totale oorlog

Oostenrijk - Hongarije

Groot - Brittannië

tweefrontenoorlog

Militaire gevolgen

Economische gevolgen

Geografische gevolgen

Sociale gevolgen

Verlies Elzas-Lotharingen

Verlies koloni:en

Duitsland krijgt de schuld van de oorlog

Leger moet inkrimpen

marine verdwijnt

luchtmachtverdwijnt

Rijnland wordt gedemiliatirideerd

Verlies Sleeswijk-Holstein

Herstelbetalingen

Duits affiche (Oppenheim, mei 1919). Vertaling: Wat zullen we verliezen! 20% van onze productiegebieden. 10% van onze bevolking, 1/3 van de steenkoolproductie, 1/4 deel van de gehele productie van broodgranen en aardappelen, 4/5 van de ijzerertsschatten, als onze koloniën en onze gehele handelsvloot. 

Verklaar m.b.v. de bron waarom de Weimarrepubliek instabiel was.

Leg uit wat de dolkstootlegende inhield

Volgende les meer

Begin maken met 2.1. 

Uit onderzoek is gebleken dat de nazi's zelf achter de rijksdagbrand zaten. Wat zou het motief van de nazi's hiervoor zijn geweest?

Uit onderzoek is gebleken dat de nazi's zelf achter de rijksdagbrand zaten. Waarom zouden de nazi's een communist laten opdraaien voor de brand?

1918

1919

1923

1924

1929

1933

1935

1935

1938

1939

Conferentie van München

Brand in de Rijksdag

Vrede van Versailles

Frankrijk bezet Ruhrgebied

VS stellen Dawesplan in

Duitsland valt Polen binnen

VEinde WOI

Beurskrach

Anschluss

Machtigingswet aangenomen door Rijksdag

Duitsland bezet Sudentenland

Duitslnad bezet het Rijnland

Huiswerk: HC 2.1. 

• Maken Historische context 2.1. 
• Leren leerdoelen 2.1.