P4 incongruentie

P4 incongruentie 
  • toets taalverzorging donderdag  (1x)
  • herhalen theorie en oefenen formuleren incongruentie;
  • overige tijd: oefenen voor spelling en formuleren: maak zelf oefeningen en oefen op Cambiumned.





1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

P4 incongruentie 
  • toets taalverzorging donderdag  (1x)
  • herhalen theorie en oefenen formuleren incongruentie;
  • overige tijd: oefenen voor spelling en formuleren: maak zelf oefeningen en oefen op Cambiumned.





Slide 1 - Tekstslide

(in)congruentie

Slide 2 - Tekstslide

Goed of fout?
''Een hoop leerlingen hebben een voldoende voor hun toets.''

Slide 3 - Tekstslide

Fout, want:
''Een hoop leerlingen hebben''
Een hoop = enkelvoud
--> Een hoop (...) heeft

Slide 4 - Tekstslide

Congruentie=
Getal van onderwerp en persoonsvorm moeten overeenkomen.
Is dat niet zo?: incongruentie!

Slide 5 - Tekstslide

Getal ow + pv

Is het onderwerp enkelvoud? Dan moet de pv ook enkelvoud zijn!
Is het onderwerp meervoud? Dan moet de pv ook meervoud zijn!

Slide 6 - Tekstslide

Let op, onderwerp = enkelvoud 
  • een deel (van de klas)
  • een hoop (kinderen)
  • een groep (leerlingen)
  • een aantal (mensen)
  • het percentage (voldoendes)
  • etcetera 
Tekst

Slide 7 - Tekstslide

oorzaken incongruentie
  • Het onderwerp lijkt meervoud, maar is enkelvoud. bv. een aantal, een deel, minder dan de helft
  • De persoonsvorm en het onderwerp staan ver uit elkaar door andere zinsdelen die er tussen staan
  • Het meewerkend voorwerp wordt aangezien als onderwerp. bv.  (aan) De omstanders werd verzocht een stapje terug te doen

Slide 8 - Tekstslide

Volgende zin juist(congruentie) of onjuist?
Een aantal mensen komt altijd te laat.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

juist of onjuist?
50% van de jongeren besteden veel tijd aan sport.
A
onjuist
B
juist

Slide 10 - Quizvraag

Incongruentie of niet?
De juistheid van de cijfers werden in twijfel getrokken door de accountant.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Incongruentie of niet?
Tachtig procent van de eindexamenleerlingen is geslaagd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Welke zin is juist?
A
Aan de nieuwe leden werden gevraagd vroeg te komen.
B
Aan de nieuwe leden werd gevraagd vroeg te komen.
C

Slide 13 - Quizvraag

Juist of onjuist?
De media besteedt veel aandacht aan de formatie van het kabinet.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Welke zin is juist?
A
Een aantal auto's bezorgen een lange file.
B
Een aantal auto's bezorgt een lange file.

Slide 15 - Quizvraag

Vul in:
''De media ... gisteren over het ongeluk op de A2.''
A
berichtte
B
berichtten

Slide 16 - Quizvraag

Goed of fout?
''De zwerm bijen lijkt boos te zijn.''
A
Goed
B
Fout

Slide 17 - Quizvraag

Vul in:
''Volgens de agent ... de dieven veel geld gestolen.''
A
heeft
B
hebben

Slide 18 - Quizvraag

Goed of fout?
''Toen ik over de reling keek, zwommen een school vissen voorbij.''
A
Goed
B
Fout

Slide 19 - Quizvraag

Oefenen

  • oefenen taalverzorging : maak zelf oefeningen en oefen op Cambiumned.nl

Slide 20 - Tekstslide