7.1 Ademen

Als je niet ademt kun je niet leven. Waarom is ademen zo belangrijk?Cellen staan aan de basis
Je kan de onderdelen van een cel noemen, uitleggen wat deze onderdelen doen en kan omschrijven hoe een organisme is opgebouwd.

Je kan uitleggen dat een organisme bestaat uit verschillende organen waarin verschillende processen samenwerken om de gezondheid van het organisme in stand te houden.

Schimmels en bacteriën; nuttig en soms schadelijk
Je kan beschrijven dat schimmels en bacteriën reducent en ziekteverwekker kunnen zijn, hoe ze verspreid worden, hoe ze voorkomen en bestreden kunnen worden en welke rol ze spelen bij biotechnologie. Bijvoorbeeld als medicijn of bij het conserveren van voedsel.

1 / 12
volgende
Slide 1: Open vraag
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Als je niet ademt kun je niet leven. Waarom is ademen zo belangrijk?Cellen staan aan de basis
Je kan de onderdelen van een cel noemen, uitleggen wat deze onderdelen doen en kan omschrijven hoe een organisme is opgebouwd.

Je kan uitleggen dat een organisme bestaat uit verschillende organen waarin verschillende processen samenwerken om de gezondheid van het organisme in stand te houden.

Schimmels en bacteriën; nuttig en soms schadelijk
Je kan beschrijven dat schimmels en bacteriën reducent en ziekteverwekker kunnen zijn, hoe ze verspreid worden, hoe ze voorkomen en bestreden kunnen worden en welke rol ze spelen bij biotechnologie. Bijvoorbeeld als medicijn of bij het conserveren van voedsel.

Slide 1 - Open vraag

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Leerdoelen bespreken
  2. Uitleg 7.1
  3. Opdrachten 7.1 maken
  4. Volgende les bespreken

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 
  • We leren waarom we ademhalen.
  • We leren waarom we bij inspanning sneller gaan ademhalen

Slide 3 - Tekstslide

Glucose +
Zuurstof =
Energie +
Koolstof +
dioxide
Water

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 1
1 persoon doet de oefeningen, de ander houdt de tel bij. Wissel daarna om.
Vergeet niet je ademhalingen te tellen!

Oefening 1: klappen
Oefening 2: zitten en staan
Oefening 3: jumping jacks

Klaar? Doe dezelfde oefening, maar tel dan je hartslagen.

Slide 6 - Tekstslide

Maak een foto van de ingevulde tabel. Wat valt op?

Slide 7 - Open vraag

Waarom ga je bij inspanning sneller ademhalen?


Meer inspanning --> meer energie nodig --> meer zuurstof nodig

Meer inspanning --> meer energie nodig --> meer koolstofdioxide

Slide 8 - Tekstslide

Waarom ga je bij inspanning sneller ademhalen?


Als je sneller ademt, dan:
  • krijg je meer zuurstof binnen
  • raak je meer koolstofdioxide kwijt

Slide 9 - Tekstslide

Maak opdracht 1 t/m 10 van 7.1
Klaar? Maak de rest van de opdrachten van 7.1

Slide 10 - Tekstslide

Volgende keer:
  • We leren hoe we ademhalen
  • We leren hoeveel lucht er in onze longen kan.
  • We leren hoe ons ademhalingsstelsel eruit ziet en welke onderdelen het heeft.

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk
Klaar? Kijk je antwoorden na

Slide 12 - Tekstslide