3K H6 §5

Welkom
18-03-2024
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
18-03-2024

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Terugblik op §6.3 Geld voor de gemeente
  • Leerdoelen
  • Uitleg §6.5
  • Zelfstandig aan het werk met huiswerkopdrachten
  • Leerdoelen bespreken
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik op §6.3 Geld voor de gemeente

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn de inkomsten van de gemeente?

Slide 4 - Woordweb

Leerdoelen
Aan het eind van de les
  • Weten de leerlingen wat een begrotingstekort en begrotingsoverschot betekenen.
  • Weten de leerlingen waardoor de staatsschuld hoger of lager wordt.

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg §6.5 De overheidsfinanciën 

Slide 6 - Tekstslide

Rijksbegroting
Begrotingsoverschot: Verwachte uitgaven lager dan verwachte inkomsten.
|_> Staatsschuld daalt.

Begrotingstekort: Verwachte uitgaven hoger dan verwachte inkomsten.
|_> Overheid leent geld -> Staatsschuld stijgt.

Staatsschuld: Geld dat de rijksoverheid heeft geleend, hoe hoger de staatsschuld hoe meer geld aan rente je kwijt bent

Slide 7 - Tekstslide

De rijksbegroting had in het jaar 2023 een begrotingstekort van bijna 29 miljard. Hierna staan beweringen over de staatsschuld in deze situatie.

Noteer de juiste bewering. Kies uit onderstaande mogelijkheden:
A
De staatsschuld blijft gelijk.
B
De staatsschuld daalt.
C
De staatsschuld is afgelost.
D
De staatsschuld stijgt.

Slide 8 - Quizvraag

De rijksbegroting had in het jaar 2019 een begrotingsoverschot van bijna 9 miljard. Hierna staan beweringen over de staatsschuld in deze situatie.

Noteer de juiste bewering. Kies uit onderstaande mogelijkheden:
A
De staatsschuld blijft gelijk.
B
De staatsschuld daalt.
C
De staatsschuld is afgelost.
D
De staatsschuld stijgt.

Slide 9 - Quizvraag

Zelfstandig aan het werk met huiswerkopdrachten 
Maken:
§6.5 Alle opdrachten

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen bespreken
Aan het eind van de les
Weten de leerlingen wat een begrotingstekort en begrotingsoverschot betekenen.
Weten de leerlingen waardoor de staatsschuld hoger of lager wordt.

Slide 11 - Tekstslide

Afsluiten

Slide 12 - Tekstslide