In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Onderdelen in deze les
Stad en bevolking in Amerika
SO H5 p.1 t/m 3
Slide 1 - Tekstslide
Hoogbouw!
Oude gebouwen en monumentale panden
Bescheiden maar fatsoenlijke rijtjeshuizen
Kleine huizen. Vaak gentrificatie
Slide 2 - Sleepvraag
Koppel de verandering aan de plek waar de verandering plaatsvindt.
CBD
Getto/ oude binnenstad
randsteden
shopping malls
welk onderdeel van de stad verandert?
Wat is de verandering?
suburbs
oude industrieterreinen
Hier vindt gentrificatie plaats.
Deze plekken volgen de suburbs.
Er vestigen zich steeds meer internationale
kantoren
Hier worden steeds vaker wonen, werken
en recreëren gecombineerd.
De meeste bedrijven zijn verdwenen naar
lagelonenlanden.
De afstand tot het werk neemt toe.
Slide 3 - Sleepvraag
VOORDELEN GENTRIFICATIE
NADELEN GENTRIFICATIE
Wijk opgeknapt
Sociale mix
Huidige bewoners kunnen producten/horeca niet meer betalen
Huizenprijzen gaan omhoog, niet meer toegankelijk voor lage inkomens
Meer omzet in oorspronkelijke winkels
Meer belasting door hogere inkomens
Buurt verliest identiteit
Winkel houdt het niet vol door ander publiek
Meer inkomsten door toerisme. Bijv. Brooklyn
Slide 4 - Sleepvraag
Verklaar waarom mobiliteit van belang is bij urban sprawl?
Slide 5 - Open vraag
Gentrificatie in etnische wijken in grote steden in de V.S. zorgt voor minder maatschappelijke segregatie. Bedenk een argument voor en een argument tegen deze stelling.
Slide 6 - Open vraag
Welke letters van de kenmerken horen bij een cbd. A ligging buiten het centrum E smalle, kronkelige straten B geen openbaar vervoer F veel hotels C kantorenflats G veel winkels D rechthoekig stratenpatroon H vooral armere inwoners
A
F-C-D
B
F-H-B
C
A-F-E
D
C-B-D
Slide 7 - Quizvraag
Noem twee factoren/redenen waardoor een etnische wijk kan ontstaan.
Slide 8 - Open vraag
Leg duidelijk uit aan de hand van een voorbeeld wat selectieve migratie is?
Slide 9 - Open vraag
Het aandeel Anglo-Amerikanen neemt af. Geef drie verklaringen voor deze verandering?
Slide 10 - Open vraag
0 Figuur: Aantal inwoners in Chicago (1850-2010) Welke begrippen horen bij de 1 en de 2? Kies uit:
A
1: suburbs
2: centrale stad
B
1: agglomeratie
2: edge cities
C
1: downtown
2: stedelijk gebied
D
1. etnische wijken
2. downtown
Slide 11 - Quizvraag
Klik op het oog en beantwoord vraag
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Open vraag
Waarom heeft het centrum van Chicago (zie foto) net als veel andere Amerikaanse steden veel meer hoogbouw dan de binnenstad van de meeste Nederlandse steden?
A
Omdat veel Amerikaanse steden later zijn gebouwd dan veel Nederlandse steden, hebben ze geen historische stadskern met laagbouw.
B
Omdat hoogbouw in de V.S. meer gewaardeerd wordt dan in Nederland, is de laagbouw daar vaker vervangen door hoogbouw.
C
Omdat de grondprijs in de V.S. hoger ligt in het centrum van steden, kiezen projectontwikkelaars daar v oor hoogbouw om meer te verdienen.
D
Omdat de suburbs van veel Amerikaanse steden eerder zijn ontstaan, zijn die wijken dichter tegen het centrum aangebouwd waardoor in de centra minder ruimte is voor uitbreiding in de breedte.
Slide 14 - Quizvraag
Waarom wonen deze groepen migranten juist daar? sleep de reden naar de juiste groep.
Afro-Amerikanen in het zuidoosten en industriesteden in het noordoosten
Aziaten: California en in grote steden
Hispanics: zuidwesten, Florida en in grote steden
Hier bevindt zich het grensgebied tussen de V.S. en het herkomstgebied van deze migranten. En vanwege de ‘gateway-functie’ van de steden.
Dit gebied ligt het dichtst bij het herkomstgebied van deze migranten.
Vanwege de vroegere tabaks- en katoenplantages in dit gebied. En vanwege de werkgelegenheid in de steden.