welke vorm van energie komt er vrij bij een brandende kaars?
A
warmte en licht
B
licht en beweging
C
beweging en warmte
D
koolstofdioxide en water
Slide 4 - Quizvraag
wat is de brandstof bij een brandende kaars?
A
lucht
B
kaarsvet
C
zuurstof
D
glucose
Slide 5 - Quizvraag
wat is een belangrijke brandstof voor je lichaam?
A
water
B
glucose
C
koolstofdioxide
D
zuurstof
Slide 6 - Quizvraag
Bij verbranding in je lichaam ontstaat:
A
Zuurstof
B
Stikstof
C
Koolstofdioxide
D
Vuur
Slide 7 - Quizvraag
Als je hardloopt gaat je ademhaling langzamer dan wanneer je wandelt
A
juist
B
onjuist
Slide 8 - Quizvraag
Wat is gaswisseling?
A
Koolstofdioxide in je bloed en zuurstof eruit
B
De verbranding van zuurstof en het ontstaan van koolstofdioxide
C
Het wisselen van rode en witte bloedcellen
D
Zuurstof in je bloed en koolstofdioxide uit je bloed
Slide 9 - Quizvraag
Maarten doet mee aan de Elfsteden zwemtocht. Dat is een tocht van 195 km langs 11 steden in Friesland. Bij het zwemmen levert zijn lichaam zeer zware inspanning. Waarom is het belangrijk dat Maarten regelmatig tussendoortjes eet?
Slide 10 - Open vraag
Sleep de woorden naar de juiste plaats in de formule van verbranding in het menselijke lichaam
->
Glucose
Zuurstof
Energie
Koolstofdioxide
Water
Slide 11 - Sleepvraag
welke stof komt in het bloed bij het inademen?
A
zuurstof
B
koolstofdioxide
C
water
D
glucose
Slide 12 - Quizvraag
welke stof gaat het bloed ui bij het uitademen?
A
zuurstof
B
koolstofdioxide
C
water
D
glucose
Slide 13 - Quizvraag
een indicator is een
A
een stof die voor kleur zorgt
B
een stof die een andere stof aantoont
C
een stof die een andere stof bindt
Slide 14 - Quizvraag
Is helder kalkwater een indicator voor zuurstof?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 15 - Quizvraag
Een levenskenmerk van een organisme is stofwisseling. Wat hoort er niet bij stofwisseling?
A
ademhalen
B
voeden
C
uitscheiden
D
reageren op prikkels
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Hoe verplaatst koolstofdioxide zich?
A
Van het longblaasje naar het bloedvat
B
Van het bloedvat naar het longblaasje
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Video
Welk onderdeel wijst nummer 1 aan?
A
Mondholte
B
Neusholte
C
Keelholte
D
Slijmvlies
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
Welk onderdeel wijst nummer 2 aan?
A
Mondholte
B
Neusholte
C
Keelholte
D
Slijmvlies
Slide 22 - Quizvraag
Welke onderdeel of onderdelen zijn gesloten bij 'verslikken'?
A
Alleen de huig
B
Alleen het strotklepje
C
Beide
D
Geen van beide
Slide 23 - Quizvraag
Welk onderdeel wijst nummer 3 aan?
A
Mondholte
B
Neusholte
C
Keelholte
D
Slijmvlies
Slide 24 - Quizvraag
Welk onderdeel wijst nummer 4 aan?
A
Bronchie
B
Luchtpijp
C
Keelholte
D
Strottenhoofd
Slide 25 - Quizvraag
Welk onderdeel wijst nummer 5 aan?
A
Bronchie
B
Luchtpijp
C
Keelholte
D
Strottenhoofd
Slide 26 - Quizvraag
Welk onderdeel wijst nummer 6 aan?
A
Long
B
Luchtpijptakje
C
Bronchie
Slide 27 - Quizvraag
De luchtpijp is stevig door kraakbeenringen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 28 - Quizvraag
Slide 29 - Video
Slide 30 - Video
Wat is SMOG?
Slide 31 - Open vraag
Hoe kun je je huis ventileren?
Slide 32 - Open vraag
Slide 33 - Tekstslide
Wordt astma door roken veroorzaakt? En COPD?
A
Alleen Astma
B
Alleen COPD
C
Beide
D
Geen van Beide
Slide 34 - Quizvraag
Door welke stof in rook worden de longen van rokers zwart?