8.2 Toonhoogte en frequentie

Hoofdstuk 8 Geluid
Paragraaf 8.2 Toonhoogte en frequentie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8 Geluid
Paragraaf 8.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- LessonUp openen + administratie                             5 minuten
- Uitleg                                                                                        20 minuten
- Zelfstandig aan de slag                                                   15 minuten
- Afsluiting                                                                                5 minuten

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog van de vorige lessen?

Slide 3 - Open vraag

Leerdoelen;

  • Wat frequentie inhoudt
  • Het verband tussen frequentie en toonhoogte
  • Wat een oscilloscoop is en wat je hier mee kunt doen
  • Wat het frequentiebereik van onze oren is

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 5 - Tekstslide

Een toonhoogte bij een snaarinstrument heeft te maken met:

  • De dikte van de snaar

  • De lengte van de snaar

  • De spanning van de snaar


Slide 6 - Tekstslide

Frequentie, wat houdt dit in?

  • Het aantal trillingen per seconde

  • Het aantal trillinger per seconde wordt Hertz genoemd (Hz)

  • Hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon

Slide 7 - Tekstslide

De oscilloscoop

Slide 8 - Tekstslide

De oscilloscoop


  • Een oscilloscoop kan geluidstrillingen omzetten in een elektrisch signaal

  • Met de oscilloscoop kun je geluid "zichtbaar" maken



Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Hoorbaar geluid
  • Een mens kan maar een bepaald geluidsgebied horen

  • Ligt tussen de 20Hz en 20.000 Hz

  • Dit noem je het frequentiebereik

  • Verschillende dieren hebben andere frequentiebereiken


Slide 11 - Tekstslide

Wat heeft geen invloed op de toonhoogte van een trillende snaar?
A
De lengte van de snaar
B
De dikte van de snaar
C
De spanning van de snaar
D
De kleur van de snaar

Slide 12 - Quizvraag

De frequentie is het aantal trillingen per seconde
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Als de frequentie omlaag gaat gaat de toonhoogte...
A
Omhoog
B
Omlaag
C
Verandert niet

Slide 14 - Quizvraag

Een snaar trilt 120 keer per seconde. Wat is de frequentie?
A
2 Hz
B
60 Hz
C
120 Hz
D
4 Hz

Slide 15 - Quizvraag

Wat is het frequentiebereik van het menselijk oor?
A
10Hz - 10.000Hz
B
0Hz - 100.000Hz
C
2Hz - 2.000Hz
D
20Hz - 20.000Hz

Slide 16 - Quizvraag

Zelf aan de slag
Wat;
8.2 af
Hulp;
Boek, buurman, docent
Klaar;
Rustig voor jezelf
Tijd;


timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide