Herhaling Hoofdstuk 4, 5, 6 en 7

Leefomgeving
Herhaling Hoofdstuk 4, 5, 6 en 7
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Leefomgeving
Herhaling Hoofdstuk 4, 5, 6 en 7

Slide 1 - Tekstslide

Vul het ontbrekende woord in:
Een ander woord voor ontsmetten is..... Hiermee kun je micro-organismen zoals bacteriën en schimmels doden.

Slide 2 - Open vraag

Hoe noemen we het controlesysteem voor de (voedsel)veiligheid in organisaties en instellingen?
A
APPPC
B
HHPCA
C
HACCP
D
CAPPH

Slide 3 - Quizvraag

Micro-organismen kunnen bestand raken tegen desinfectiemiddelen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Lysol is een desinfectiemiddel dat je voor alle toepassingen kunt gebruiken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Bij gebruik van handschoenen was je na afloop alleen de handschoenen, je handen zijn immers nog schoon
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Toetsenborden van de computer bevatten doorgaans meer bacteriën dan een toiletbril
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van een juist schoonmaakmethode
A
Met een klamvochtige doek de houten meubels schoonmaken
B
Met een zeem het toilet schoonmaken

Slide 8 - Quizvraag

Wat is kruisbesmetting?
A
Overdracht van een microbiële besmetting van het ene naar het andere product of voedingsmiddel
B
Meerdere producten mengen binnen een bepaald recept
C
Zodanig werken dat besmetting wordt voorkomen
D
Een bacterie-soort die via besmet voedsel in het lichaam komt en ziekte kan veroorzaken

Slide 9 - Quizvraag

Vul het juiste antwoord op de stippenlijn. Alle materialen en middelen binnen handbereik klaarzetten is een vorm van ....... werken
A
Hygiënisch
B
Milieubewust
C
Ergonomisch

Slide 10 - Quizvraag

Vul het juiste antwoord op de stippenlijn. Wondjes afdekken tijdens het werken, is een vorm van ..... werken
A
Hygiënisch
B
Milieubewust
C
Ergonomisch

Slide 11 - Quizvraag

Welke stelling is waar?
A
Het doseren van schoonmaakmiddelen kun je het beste op gevoel doen
B
Het voordeel van groene zeep is dat het milieuvriendelijk is
C
Schuurmiddel is een geschikt middel voor sanitaire reiniging
D
Voor het onderhouden van leer en hout, gebruik je een polijstmiddel

Slide 12 - Quizvraag

Zorg altijd voor een frisse geur, bijvoorbeeld met een luchtverfrisser
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Letten op aanbiedingen en het vergelijken van prijzen is een voorbeeld van kostenbewust werken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Het doel van ergonomisch werken is het voorkomen van lichamelijke klachten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

De invulregels van de Arbowet zijn alleen een verplichting voor de werkgever
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Een werkplanning kan onderdeel zijn van een ondersteuningsplan of zorgdossier
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

De huishoudelijke dienst, technische dienst, schoonmaakdienst, centrale keuken en was- en linnenkamer vallen onder de civiele dienst
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Als je hygiënisch werkt, kan er geen kruisbesmetting plaatsvinden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Je kunt altijd goed zien of ruiken of iets vuil is
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Er kunnen ongelukken gebeuren als ergens niet goed is schoongemaakt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Desinfecteren is als je eerst droog schoonmaakt, daarna klamvochtig en dan pas reinigen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Klamvochtig afnemen doe je om losliggend vuil te verwijderen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Voor vuil sanitair, zoals de binnenkant van de toiletpot en de lage tegels naast het toilet, gebruik je een aparte emmer
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Je begint met stofzuigen, dan met stof afnemen en tenslotte dweil je
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Welke stelling is waar?
A
Het doseren van schoonmaakmiddelen kun je het beste op gevoel doen
B
Het voordeel van groene zeep is dat het milieuvriendelijk is

Slide 26 - Quizvraag

Bij een dagelijkse beurt gaat het erom dat de woning of de leefruimte leefbaar en netjes blijft
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Als MZ valt de grote schoonmaak buiten je taken
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quizvraag

Microvezels kunnen niet alleen stof, maar ook vet en olie aantrekken, waardoor je geen reinigingsmiddel nodig hebt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Met microvezeldoeken kun je sneller werken bij het schoonmaken en hoef je minder kracht te zetten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 30 - Quizvraag

Azijn verwijdert kalk en vuil
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Onderhoudsmiddelen maken niet alleen schoon, maar beschermen ook het materiaal
A
Juist
B
Onjuist

Slide 32 - Quizvraag

Schoonmaakmiddelen die het milieu wat minder belasten, krijgen een Europees Ecolabel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Als je schoonmaakmiddelen op de juiste manier reinigt, kun je besmetting voorkomen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Een ziekenkamer ventileer je indirect
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

Volgende week toets!!!
Heel veel succes met leren van hoofdstuk 4, 5, 6 en 7
De toets is digitaal dus vergeet je laptop niet!!

Slide 36 - Tekstslide