Krachten herkennen (1)

Leerdoelen van deze les

Aan het eind van deze les kan je

  • verschillende soorten krachten herkennen en  benoemen
  • uitleggen welke drie effecten een kracht kan hebben
  • uitleggen wat het zwaartepunt is
  • een kracht tekenen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leerdoelen van deze les

Aan het eind van deze les kan je

  • verschillende soorten krachten herkennen en  benoemen
  • uitleggen welke drie effecten een kracht kan hebben
  • uitleggen wat het zwaartepunt is
  • een kracht tekenen

Slide 1 - Tekstslide

timer
1:00
Welke krachten ken jij?

Slide 2 - Woordweb

Verschillende soortenkrachten

De volgende krachten moet je kunnen beschrijven en benoemen:

  • zwaartekracht
  • normaalkracht
  • veerkracht - trekkracht
  • windkracht - motorkracht - spierkracht

Slide 3 - Tekstslide

De zwaartekracht en het zwaartepunt

Een kleine test met de bezem.

Waar ligt het zwaartepunt van de bezem?






Afspraak: Het zwaartepunt ligt in het midden van het voorwerp!

Slide 4 - Tekstslide

Bereken van de zwaartekracht.

Op aarde wordt iedere kilogram  (het aantal kilogram is de massa) met een kracht van ongeveer 10 Newton naar beneden getrokken. De kracht waarmee dat gebeurt noemen we de zwaartekracht.

We rekenen de zwaartekracht uit met de formule:

Zwaartekracht = massa x zwaartekrachtversnelling (F = m x g)

Slide 5 - Tekstslide

Bereken de zwaartekracht van een olifant. Deze olifant weegt 8 000 kg.
A
800 N
B
8 000 N
C
80 000 N
D
800 000 N

Slide 6 - Quizvraag

Bereken de zwaartekracht van mij. Ik weeg 69 kg.
A
69 N
B
690 N
C
609 N
D
6900 N

Slide 7 - Quizvraag

Bereken de zwaartekracht van mij op de maan. Ik weeg 69 kg en de zwaartekrachtversnelling (g) op de maan is 1,6 N/kg.
A
69 N
B
690 N
C
110,4 N
D
70,6 N

Slide 8 - Quizvraag

Tekenen van een kracht.

Krachten tekenen we met een pijl.

Bij de pijl zijn drie belangrijke gegevens:

  1. Waar begint de pijl = aangrijpingspunt
  2. Wat is de richting, dit wordt aangegeven met de pijlpunt
  3. Wat is de grootte van de kracht = lengte van de pijl x de schaal

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De drie uitwerkingen van een kracht!
  1. Verandering van richting.
  2. Verandering van snelheid.
  3. Verandering van vorm.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Verwerking

Proefje krachtmeter.

  • Vraag aan de docent een krachtmeter. Bekijk de krachtmeter en schrijf in je schrift wat je ziet in de krachtmeter.
  • Je hebt ook een blokje gekregen. Hang het blokje aan de krachtmeter en meet de zwaartekracht van het blokje. Noteer dit in je schrift.

Slide 13 - Tekstslide

Noteer de zwaartekracht van het blokje ook op de App.

Slide 14 - Open vraag

Verwerking

Maak de vragen van paragraaf 1.1 in je werkboek (Hier ben je al aan begonnen).

Kom je er niet uit, pak je je boek en je werkboek en kom je naar de vraagtafel.

Hier wordt je geholpen.

Slide 15 - Tekstslide

Hoe teken je een kracht?
A
Door een gespierde arm te tekenen
B
Door een veer te tekenen
C
Door een pijl
D
Je kunt een kracht niet tekenen

Slide 16 - Quizvraag

Een pijl van 6,5 cm geeft een kracht weer. De krachtenschaal is 1 cm = 5 N. Bereken de grootte van de kracht.
A
11,5 N
B
1,3 N
C
33,5 N
D
32,5 N

Slide 17 - Quizvraag

Hoe groot wordt de pijl als deze een kracht van 800 N moet weergeven en 1 cm = 200 N
A
1 cm
B
2 cm
C
3 cm
D
4 cm

Slide 18 - Quizvraag

Bereken de zwaartekracht van een koe met een massa van 1500 kg
A
150 N
B
1500 N
C
15000 N

Slide 19 - Quizvraag

De olympische spelen worden op de maan gehouden. Op de maan is de zwaartekrachtversnelling 1,6 N/kg en op aarde 10 N/kg. Waar wordt het olympische record hoogspringen gehaald en waarom.
A
Op de aarde want daar wordt je minder hard naar beneden getrokken
B
Op de maan want daar wordt je minder hard naar beneden getrokken
C
Op de aarde want daar spring je met meer kracht
D
Het maakt niet uit want de kracht die je omhoog moet zetten wordt met het vallen weer teniet gedaan

Slide 20 - Quizvraag