In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
4.1 Einde van de wereldrijken
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Wat zijn de leerdoelen deze les? Zie 4.1.
Wat moet af zijn voor deze les begint? Nieuwe start / gezamenlijk doen
Wat moet je in deze les doen en heb je nodig? LessonUp bekijken + actief meedoen + leer- en werkboek bij je hebben
Wat moet je na deze les maken? blz 90 + 4.1 de opdrachten 1 t/m 7
Waar lever je het in? Online (Geschiedeniswerkplaats)
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je over het onderwerp dekolonisatie?
Slide 3 - Woordweb
Supermachten
proclamatie
politionele acties
soevereiniteits- overdracht
Zionisme
tijd van televisie en computer
Slide 4 - Tekstslide
Maak nu eerst blz 90 uit je werkboek
timer
5:00
Slide 5 - Tekstslide
Dekolonisatie
Dekolonisatie is het proces waarbij kolonies zelfstandig worden van een moederland. De term wordt vooral gebruikt voor het proces waarbij niet-Europese koloniën van Europese koloniale mogendheden onafhankelijk werden.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Reden tot dekolonisatie
1. Europese landen waren machteloos geworden.
2. Lokale bevolking had zijn eigen kracht gezien.
3. VS was tegen het bezit van koloniën (was ook zelf kolonie geweest van ENG)
4. Sovjet- Unie (Rusl.) was tegen het bezit van koloniën, ze wilden er zelf invloed krijgen.
5. Engeland dé-koloniseert vreedzaam, Nederland minder, Frankrijk & Portugal voeren oorlogen uit.
Slide 8 - Tekstslide
Tijdens de oorlogen
Ook oorlog in de koloniën.
Koloniale soldaten vechten mee voor hun overheerser.
Na Tweede Wereldoorlog --> verzet in koloniën tegen het moederland.
Onderwijs sleutel tot zelfstandigheid
Ghandi --> India
Soekarno --> Indonesië
Westerse ideeën --> Nationalisme = liefde voor eigen volk en vaderland
Verlangen naar eigen onafhankelijke staat.
Verzet + geweld
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Dekolonisatie Azië
Kolonisatoren:
Frankrijk --> Indo- China,
Engeland -->Brits- Indië,
Nederland -->Nederlands- Indië.
-Moederland bepaalde de samenleving over zee. (politiek, onderwijs, economie, enz.)
-Blanken superieur ten opzichte van het Aziatische ras.
Slide 12 - Tekstslide
India
Mahatma Ghandi -->Indiaas politicus
Geweldloos verzet tegen Engeland.
1930 Engeland laat steeds meer over aan India.
India: Moslims en Hindoes
1947 onafhankelijk: Burgeroorlog
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Brits-Indië
Oude Brits- Indië:
India
Pakistan
Sri Lanka
Birma
Bangladesh
Geloof in Brits- Indië:
Pakistan = Moslim
India = Hindoe
Bangladesh = Moslim
Sri Lanka = Hindoe
Slide 15 - Tekstslide
Supermachten
proclamatie
politionele acties
soevereiniteits- overdracht
Zionisme
tijd van televisie en computer
Slide 16 - Tekstslide
Einde presentatie
Maak uit je werkboek van 4.1: vragen 1 t/m 7
Leren: 4.1
Slide 17 - Tekstslide
Welk begrip wordt bedoeld?
A
dekolonisatie
B
militarisme
C
propaganda
D
nationalisme
Slide 18 - Quizvraag
Waarom had de dekolonisatie na de Tweede Wereldoorlog veel succes?
A
De Europese grootmachten waren verzwakt.
B
Inheemse jongens kregen onderwijs in het interbellum.
C
De VS en de Sovjet-Unie waren voorstanders van dekolonisatie.
D
De Japanners gaven veel koloniën onafhankelijkheid.
Slide 19 - Quizvraag
Welk land begon als eerste aan de dekolonisatie van haar kolonien?
A
Groot-Brittanie
B
Frankrijk
C
Nederland
D
Belgie
Slide 20 - Quizvraag
Waarom verliep de dekolonisatie van Brits-Indie makkelijker dan die van Nederlands-Indië?
A
De Britse koning George VI bemoeide zich nadrukkelijk met de dekolonisatie
van Brits-Indië. De Nederlandse koningin Wilhelmina deed dat niet.
B
De Britse regering accepteerde het onafhankelijkheidsstreven van de mensen
in Brits-Indië. De Nederlandse regering wilde Nederlands-Indië behouden als kolonie.
C
De inwoners van Brits-Indië waren het eens over de te volgen koers na de
onafhankelijkheid. In Indonesië dreigde een burgeroorlog.
D
Groot-Brittannië wilde de banden met de nieuwe landen behouden door het
oprichten van de Britse Gemenebest. Indonesië wilde geen lid worden van de BritseGemenebest.
Slide 21 - Quizvraag
Deze vraag gaat over het 'einde van de wereldrijken'.
Welke uitspraak is ONJUIST?
A
Na de Tweede Wereldoorlog deden Europese landen afstand van hun kolonies in Azië (zie plaatje) en Afrika.
B
In 1947 brak in India geweld uit tussen hindoes en moslims en scheidde Pakistan zich af.
C
Bijna alle Afrikaanse landen werden onafhankelijk tussen 1945 en 1955.
D
Alle genoemde uitspraken zijn ONJUIST.
Slide 22 - Quizvraag
Deze vraag gaat over het einde van de wereldrijken.
Bekijk hiernaast de kaart. Deze kaart gaat over...
A
de strijd tussen Britse en Indiase troepen
B
de uitbreiding van Brits-Indië.
C
de vlucht van hindoes naar India.
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist.
Slide 23 - Quizvraag
Deze vraag gaat over het 'einde van de wereldrijken'. 1. De Republiek Indonesië start een guerrillaoorlog tegen de Nederlanders. 2. De VS dwingen de Nederlanders om met de Republiek te onderhandelen. 3. Nederland accepteert de Indonesische onafhankelijkheid. 4. Nederland start een politionele actie. 5. Soekarno roept de onafhankelijkheid van Indonesië uit. (zet de 5 feiten in de juiste tijdsvolgorde)
A
4 --> 5 --> 1 --> 2 --> 3
B
5 --> 4 --> 1 --> 2 --> 3
C
5 --> 4 --> 2 --> 1 --> 3
D
5 --> 1 --> 4 --> 3 --> 2
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Tekstslide
Indonesië
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Indië --> Nederlands- Indië
Oud- kolonie van Nederland
1595-1949 Nederlands eigendom
VOC --> monopolie handel
2 tussen- periodes:
1799-1814 Engeland 1942-1945: Japan
Indonesië gebruikt voor handel grondstoffen als specerijen, ook rubber en olie.
Slide 28 - Tekstslide
Dekolonisatie Indonesië
Na 1945 Japan belooft Indonesië steun tot onafhankelijkheid
Japan verliest de oorlog, NL herstelt gezag
Soekarno (leider nationalisten) vecht met jonge soldaten om zelfstandigheid Indonesië
Politionele acties: 1947 NL grijpt militair in.
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Politionele acties 1947
Slide 31 - Tekstslide
27 december 1949
Onafhankelijkheid Republiek Indonesië. Voormalig koningin Juliana tekent de Soevereiniteitsoverdracht = overdragen van de hoogste macht (bestuur) aan de eigen regering.
Gevoel in NL: Indië verloren, rampspoed geboren....
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Video
Slide 34 - Video
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Video
Les van vandaag
1. Studiewijzer laten zien + Huiswerk... vragen?
Quiz vragen en Uitleg Palestina en Israël en Afrika
2. Maken de rest van de vragen van 4.1
3. Leren: paragraaf 4.1 + lezen 4.2: Koude Oorlog
Slide 37 - Tekstslide
Joods nationalisme =
A
antisemitisme
B
diaspora
C
pogrom
D
zionisme
Slide 38 - Quizvraag
Pogrom
Het gevoel dat de Arabieren één volk zijn en een eigen staat verdienen
Een land dat tijdelijk door een ander land bestuurd word (opgevoed tot zelfbeschikking)
Gewelddadige georganiseerde aanvallen tegen een groep (joden)
De verspreiding van joden over de wereld
Joods nationalisme. Het gevoel dat de Joden één volk zijn en een eigen staat verdienen
Jodenhaat
Zionisme
Diaspora
Arabisch Nationalisme
Antisemitisme
Mandaatgebied
Slide 39 - Sleepvraag
Theodor Herzl
Zionisme
Holocaust
Palestina
Israël
David Ben Goerion
Stichter van het Zionisme
Het geloven in een Joodse staat
Riep de staat Israël uit
De uitroeing van de Joden
De nieuwe staat gesticht voor Joden
De oude staat voor Israël
Slide 40 - Sleepvraag
Slide 41 - Tekstslide
Zionisme
- Na de Eerste Wereldoorlog kwam Palestina in het bezit van de Britten. Er was een dubbele belofte gedaan aan de Palestijnen en de Joden. Allebei was invloed in Israël belooft in ruil voor hulp tegen de Ottomanen (dubbele beloften)
- Deze onduidelijkheid gaf veel spanningen tussen de Palestijnen en de Joden.
- Vanaf 1900 vluchten veel Joden naar Palestina (door antisemitisme maar ook uit nationalistisch oogpunt)
Slide 42 - Tekstslide
Gevolgen van de oorlogen
Slide 43 - Tekstslide
Slide 44 - Video
Slide 45 - Tekstslide
Trans-Atlantische slavenhandel
(Driehoekshandel)
Slide 46 - Tekstslide
Kolonisatie Afrika
1880- 1914 Wedloop om Afrika (scramble of Africa)
Conferentie van Berlijn: 1884/1885 opdeling van Afrika onder Europese grootmachten .
Slide 47 - Tekstslide
Dekolonisatie Afrika
Kolonisatoren: ENG, FRA, BEL, SPA, POR, DUI, ITA.
Noord- Westen van FRA.
Noord- Oosten ENG.
Zuiden: De rest
Doel: Ook hier is Europa opzoek naar grondstoffen en afzetmarkten.