2.2 geld voor later

2.2 geld voor later
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

2.2 geld voor later

Slide 1 - Tekstslide

2.2: Geld voor later
  • Geldfuncties
  • Rente (bij sparen)
  • Sparen
2.2: Geld voor later
 
  • Weet je wat sparen is en kun je de drie redenen noemen waarom mensen sparen.
     
  • Kun je uitleggen waarom banken rente geven (of vragen) als je spaart.
     
  • Kun je berekenen welk bedrag aan rente je spaargeld op kan leveren. 
     
  • Ken je de verschillen tussen de drie geldfuncties.

Slide 2 - Tekstslide

Chartaal geld
Giraal geld

Slide 3 - Sleepvraag

Wat is giraal geld?
A
muntjes en bankbiljetten
B
PIN pas
C
Tikkie via telefoon
D
Internet bankieren

Slide 4 - Quizvraag

Wat is chartaal geld?
A
Dat zijn schulden
B
Geld dat je net hebt uitgegeven
C
Contact geld
D
Geld op je bankrekening

Slide 5 - Quizvraag


  1. Voor een doel
  2. Uit voorzorg
  3. Voor de rente 
Waarom sparen we?

Slide 6 - Tekstslide

Redenen om te sparen (spaarmotieven):
  • Voor een doel (-> om over een tijdje een bepaald iets te kunnen kopen)
  • Uit voorzorg (-> zodat je geld hebt voor als je onverwacht iets moet betalen)
  • Voor de rente (-> je krijgt rente van de bank).

Slide 7 - Tekstslide

Je spaart voor een doel
Je spaart uit voorzorg
Je spaart voor de rente

Slide 8 - Sleepvraag

Rente: een vergoeding die de bank betaalt omdat de bank gebruik mag maken van je spaarrekening.


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Link

Waar gebruiken we geld voor?
 1. Ruilmiddel
 2. Spaarmiddel
 3. Rekenmiddel

Slide 12 - Tekstslide

Geldfuncties

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak de opdrachten van 2.2 af
timer
20:00000

Slide 14 - Tekstslide