Bijles: Hoofdstuk 2 -

Bijles: Hoofdstuk 2 -
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Bijles: Hoofdstuk 2 -

Slide 1 - Tekstslide

Paragraaf 2.1 Oplossen met grafieken
Paragraaf 2.1 Oplossen met grafieken

Slide 2 - Tekstslide

 Oplossen met grafieken

Slide 3 - Tekstslide

Oplossen met grafiek

Slide 4 - Tekstslide

Hans drukt foto's af
d




Slide 5 - Tekstslide

Hans drukt foto's af
d




Slide 6 - Tekstslide

Hans drukt foto's af
d




Slide 7 - Tekstslide

Maak deze opgave in je schrift

Slide 8 - Tekstslide

Antwoorden vorige opgave

Slide 9 - Tekstslide

Paragraaf 2.1 Oplossen met grafieken
Paragraaf 2.2 Oplossen met inklemmer

Slide 10 - Tekstslide

 Oplossen met inklemmen

Slide 11 - Tekstslide

 Oplossen met inklemmen

Slide 12 - Tekstslide

Vergelijkingen oplossen met Inklemmen
Aan het eind van de les begrijp je hoe je een vergelijking moet oplossen door inklemmen.

Slide 13 - Tekstslide

Wat is oplossen met inklemmen?
A
Bij inklemmen teken je eerst de grafiek en ga je dan opzoek naar de oplossing.
B
Bij inklemmen ga je rekenen met de formule. Denk aan een oude weegschaal.
C
Bij inklemmen gok je het antwoord.
D
Bij inklemmen ga je eigenlijk gewoon steeds een antwoord proberen.

Slide 14 - Quizvraag

Maak deze som in je schrift
Los op met inklemmen:
12 + 6,60t = 229,80.

Schrijf de oplossing hieronder op de volgende manier:

t = ..... --> antwoord (te veel/weinig)

Slide 15 - Tekstslide

Antwoorden vorige opgave

Slide 16 - Tekstslide

Paragraaf 2.1 Oplossen met grafieken
Paragraaf 2.3 Oplossen met de balansmethode

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide



2 + 8t = 66


3b + 12 = 33


Maak deze sommen in je schrift

Slide 19 - Tekstslide

Antwoorden vorige opgave

Slide 20 - Tekstslide



5x  +  7  = 42


2x + 5 = 9
Maak deze sommen in je schrift

Slide 21 - Tekstslide

Antwoorden vorige opgave

Slide 22 - Tekstslide

Los op met de balansmethode:

7b + 25 = 60
A
b = 6
B
b = 5
C
b = 7
D
b = 8

Slide 23 - Quizvraag

Los op met de balansmethode:

3p + 10 = 40
A
p = 10
B
p = 3,7
C
p = 3,3
D
p = 30

Slide 24 - Quizvraag

Los op met de balansmethode:

3b + 1 = 7
A
b = 3
B
b = 2
C
b = 1
D
b = 0

Slide 25 - Quizvraag

Paragraaf 2.1 Oplossen met grafieken
Paragraaf 2.4 Formules maken bij een grafiek

Slide 26 - Tekstslide

Formules maken bij een grafiek (bladzijde 200)
stijggetal

Slide 27 - Tekstslide

 9.5 Formules maken bij een grafiek
 maken van een formule
afstand
in km  
1000
In 1 uur
500 erbij

Slide 28 - Tekstslide

 9.5 Formules maken bij een grafiek
 maken van een formule
afstand
in km  
1000
500
t

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Wat is het startgetal?
A
50
B
200
C
0
D
150

Slide 31 - Quizvraag

Stijgt of daalt de lijn?

A
Stijgt
B
Daalt

Slide 32 - Quizvraag

Slide 33 - Tekstslide

Antwoorden vorige opgave

Slide 34 - Tekstslide

Paragraaf 2.1 Oplossen met grafieken
Paragraaf 2.5 Formules maken bij tabellen

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide