di 25 9 klas 2

Die Planung für heute:
Overzicht wat te doen t/m herfstvakantie
Aussprache Aufgabe 28 und 29
Üben:  haben und sein


1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo lwoo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Die Planung für heute:
Overzicht wat te doen t/m herfstvakantie
Aussprache Aufgabe 28 und 29
Üben:  haben und sein


Slide 1 - Tekstslide

die Planung
- Alle opdrachten voor Kapitel 2 + topo kunnen alleen voor de toetsweek gedaan worden
Alle andere opdrachten uit de bovenste en onderste rij mogen ook nog in de week na de vakantie
Let op: de Trabikarte moet je uiterlijk de vrijdag na de herfstvakantie bij mij laten zien. Ik zet dan je cijfer in magister. 

Slide 2 - Tekstslide

haben und sein

Slide 3 - Tekstslide

Wisst ihr es noch? Die Verben haben und sein.  
timer
1:00
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 4 - Sleepvraag

Wisst ihr es noch? Die Verben haben und sein.  
timer
1:00
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 5 - Sleepvraag

du .................... (sein)
A
sein
B
bist
C
sind
D
seid

Slide 6 - Quizvraag

Ihr (Haben)
A
Habt
B
Haben
C
Habe

Slide 7 - Quizvraag

Wir haben vier Kinder.

Wir haben =
A
Jullie hebben
B
Wij hebben
C
Zij hebben
D
Zij heeft

Slide 8 - Quizvraag

sein

er ...
A
bist
B
ist
C
seid
D
sind

Slide 9 - Quizvraag

Haben: ich
A
habe
B
hast
C
habt

Slide 10 - Quizvraag

sein: ihr
A
sind
B
seit
C
seid
D
ist

Slide 11 - Quizvraag

haben

er _______
A
habt
B
hat
C
hast
D
habe

Slide 12 - Quizvraag

haben - hij heeft

Slide 13 - Open vraag

'haben
du

Slide 14 - Open vraag

Wat betekent "haben"?

Slide 15 - Open vraag

Wat betekent "sein"?

Slide 16 - Open vraag

(sein) du seine Freundin?

Slide 17 - Open vraag

selbständig arbeiten

Slide 18 - Tekstslide