quizvragen ehbo

Bij het letten op gevaar zorg je voor:
A
Kijkers op afstand houden.
B
De veiligheid van jezelf, de omstanders en het slachtoffer(s)
C
Of er wordt gefilmd
D
Op alle waardevolle dingen die stuk kunnen gaan.
1 / 17
volgende
Slide 1: Quizvraag
VerzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Bij het letten op gevaar zorg je voor:
A
Kijkers op afstand houden.
B
De veiligheid van jezelf, de omstanders en het slachtoffer(s)
C
Of er wordt gefilmd
D
Op alle waardevolle dingen die stuk kunnen gaan.

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het eerste wat je doet als je naar een slachtoffer toe gaat?
A
Zeggen dat je EHBO hebt (geruststellen)
B
Op gevaar letten
C
Kijken wat er is gebeurd
D
Hulp verlenen

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk de afbeelding.

Welke EHBO -techniek wordt hier toegepast?

A
Handgreep van Zach
B
Heimlich greep
C
Rautekgreep
D
Stabiele zijligging

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke basisregel van de EHBO is juist
A
verplaats het slachtoffer
B
let op gevaar
C
bel de conciërge
D
zorg voor de omstanders

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je legt een slachtoffer in de stabiele zijligging om te zorgen dat er geen belemmering is voor de luchtwegen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

- Borst/buik gaat regelmatig omhoog
- Er zijn geen piepende/rochelende/snurkende/haperende
geluiden te horen.
- Er is geen sprake van gasping
- Er is geen sprake van dyspnoe =benauwdheid of kortademig
A
Dit zijn kenmerken van een normale ademhaling
B
Dit zijn kenmerken van een afwijkende ademhaling

Slide 6 - Quizvraag

De ademhaling is normaal indien:
De borst/buik regelmatig op en neergaan
Bij de mond/neus is een luchtstroom voelbaar
Er zijn geen haperende, piepende, rochelende of snurkende geluiden te horen
Het slachtoffer maakt geen benauwde indruk
Er is geen sprake van gasping

Bij een bewusteloos slachtoffer:
A
Verslappen alle spieren in het lichaam.
B
Hierbij pas je de stabiele zijligging toe.
C
Kan de tong achter in de keel zakken en de ademweg afsluiten .
D
Alle antwoorden zijn juist.

Slide 7 - Quizvraag

Veilig stellen ademhaling
Bij een bewusteloos slachtoffer:
Verslappen alle spieren in het lichaam
Kan de tong achter in de keel zakken en de ademweg afsluiten (tong is ook een spier)
Leg het slachtoffer in stabiele zijligging

Dien je de ademhaling te controleren als een persoon in de stabiele zijligging ligt?
A
Ligt aan de situatie
B
Ja, indien hij/zij niet bij bewustzijn is .
C
Altijd
D
nee

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een persoon is alert als hij/zij:
A
Op een trage manier op zijn omgeving reageert
B
Verward is
C
Op zijn omgeving reageert, juiste antwoorden geeft
D
Nauwelijks reageert, hij diep in gedachten lijkt

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mohammad verslikt zich in een nootje. Zijn vriend probeert hem te laten hoesten, maar dat lukt niet. Wat doe je dan?
A
112 bellen
B
5 stoten op de rug geven
C
5 buikstoten geven
D
water laten drinken

Slide 10 - Quizvraag

Als hoesten niet helpt, geef dan eerst 5 stoten (slaande beweging van onder naar boven tussen de schouderbladen) op de rug. Werkt dat ook niet, dan doe je buikstoten (ook wel bekend als de greep van Heimlich). Als het dan nog steeds niet werkt, dan moet je meteen 112 bellen. 
Wat kan geen oorzaak van een bloedneus zijn?
A
klap op de neus
B
een erge stank
C
sterke wisseling van temperatuur
D
neuspeuteren

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als eerste als iemand tegen een deur aanloopt en een bloedneus krijgt.
A
neus laten snuiten
B
neus op laten halen
C
Niets, hij is gebroken
D
Dicht (laten) knijpen

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gebitsletsels

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij gebitsletsel gaan we zo snel mogelijk naar de tandarts
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een tand door de lip
A
leg je een ijsblokje op de lip
B
leg je een nat washandje op de lip
C
druk je een steriel gaasje op de lip
D
leg je de vinger op de lip

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een uitgeslagen tand maken we schoon met
A
melk
B
water
C
Glorix
D
een borsteltje

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een loszittende tand
A
laten we zitten
B
maken we voorzichtig los
C
laten we op bijten
D
laten we mond spoelen met melk

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies