Schritt 1: Willkommen! (1)
1 / 15
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Wat weet jij over een
"zelfstandig naamwoord"?
"zelfstandig naamwoord"?
Slide 7 - Woordweb
Een zelfstandig naamwoord is een mens, dier, ding of plant.
A
richtig
B
falsch
Slide 8 - Quizvraag
Het woord "wonen" is een zelfstandig naamwoord.
A
richtig
B
falsch
Slide 9 - Quizvraag
Voor een zelfstandig naamwoord kun je "de/het/een" zetten.
A
richtig
B
falsch
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Welke woorden moet je nog meer met een hoofdletter schrijven in de volgende zin?
"Meine mutter hat geburtstag."
"Meine mutter hat geburtstag."
A
Mutter, Hat, Geburtstag
B
Mutter, Geburtstag
C
Geburtstag
Slide 13 - Quizvraag
Welke woorden moet je nog meer met een hoofdletter schrijven in de volgende zin?
"Meine schwester ist siebzehn jahre alt."
"Meine schwester ist siebzehn jahre alt."
A
Schwester, Jahre
B
Schwester, Jahre, alt
C
Schwester, ist, Jahre
