Hoofdstuk 8 en 9

Hoofdstuk 8 en 9
14.10 - 16.55
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8 en 9
14.10 - 16.55

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
Hoofdstuk 9:
  • Afmaken presentatie ziekte en/of verslag dementie
  • Deelopdracht 5 evaluatie (individueel)
  • Theorie afmaken hoofdstuk 8 & 9
    Hoofdstuk 8:
  • Deelopdracht 1 EHBO handelingen
  • Oefentoets 8 en 9 

Slide 2 - Tekstslide

Afmaken presentatie en/of verslag.
Presentatie over jou gekozen ziekte.
Verslag over dementie.

Ben je klaar?
Starten met theorie van hoofdstuk 9. 
blz. 279 tot 313
timer
30:00

Slide 3 - Tekstslide

Deelopdracht 5 evaluatie
blz. 122 - 123

In stilte -->
timer
1:00

Slide 4 - Tekstslide

Theorie afmaken hoofdstuk 9
  • Blz. 279 tot 313
  • Ben je klaar?
  • Hoofdstuk 8 theorie afmaken (blz. 261 tot 277) 
timer
1:00

Slide 5 - Tekstslide

Deelopdracht 1 snelverband aanleggen

Slide 6 - Tekstslide

Voorbereiding
  1. Stel het slachtoffer gerust
  2. Laat het slachtoffer plaatsnemen
  3. Vraag aan het slachtoffer wat er is gebeurd
  4. Tijdens het verbinden praat op een geruststellende manier tegen het slachtoffer
  5. Geef aan welke handelingen je gaat uitvoeren
  6. Was je handen OF doe handschoenen aan
  7. Beoordeel grootte van de wond en kies de juiste maat snelverband.
    Snelverband moet de wond ruim bedekken.

Slide 7 - Tekstslide

Uitvoeren van het snelverband
  1. Maak de verpakking open. Raak het steriele wondkussen NIET aan.
  2. Leg het verband meteen op de juiste plaats op de wond, verschuif het verband NIET.
  3. Bedek met het wondkussen de hele wond.
  4. Dek de zijkanten van het wondkussen met de lange zwachtel af.
  5. Zet het uiteinde van de zwachtel vast met een stukje kleefpleister.
  6. Zorg dat het verband glad en niet te los of strak zit.

Slide 8 - Tekstslide

Afronding
Vraag of het verband goed zit.
Was na het aanleggen van het verband je handen of doe de handschoenen uit.

Slide 9 - Tekstslide

Uitvoeren snelverband
  • Maak groepjes van 3
  • hulpverlener, zorgvrager, observant
  • blz. 105 scoringslijst, observant vult deze in!
  • Serieus elkaar beoordelen, je hebt er niks aan als je niet serieus bent.
timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

Deelopdracht 1 zwachtelen van enkel

Slide 11 - Tekstslide

Voorbereiding
  1. Geef aan wat je gaat doen.
  2. Vraag het slachtoffer het gewricht in een stand te brengen die voor hem het meest prettig aanvoelt. Bij het zwachtelen van een enkel wordt de voet in een hoek van 90 graden gehouden.
  3. Leg bij wonden eerst een steriel kompres of een snelverband aan.
  4. Knip twee stukjes kleefpleister af.

Slide 12 - Tekstslide

Uitvoering
  1. Leg de eerste slag achter de tenen aan. Zorg ervoor dat je de tenen blijft zien.
  2. Trek de zwachtel licht aan.
  3. Zwachtel met twee of drie slagen richting de enkel.
  4. Zorg dat iedere slag die je doet grotendeels over de vorige slag gaat.
  5. Maak één slag midden over de hiel.
  6. Als steun van de enkel nodig is, maak je een extra slag boven en onder de hiel.
  7. Eindig met enkele slagen rondom het onderbeen.
  8. Zet het einde van de zwachtel vast met de stukjes kleefpleister.

Slide 13 - Tekstslide

Afronding
  1. Je vraagt of het steunverband goed zit.
  2. Je verwijdert de zwachtel wanneer het slachtoffer meer pijn krijgt of wanneer je een bleke of blauwe verkleuring van de tenen ziet.

Slide 14 - Tekstslide

Uitvoeren zwachtelen enkel
  • Maak groepjes van 3
  • hulpverlener, zorgvrager, observant
  • blz. 106 scoringslijst, observant vult deze in!
  • Serieus elkaar beoordelen, je hebt er niks aan als je niet serieus bent.
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

Verzorgen van een insectenbeet
  1. Stel het slachtoffer gerust
  2. Bekijk de plek nauwkeurig, kijk of er een angel te zien is.
  3. Als er een angel te zien is, verwijder de angel met een pincet
  4. Leg een nat/koud kompres (washandje, theedoek) of een coldpack op de steekplaats. Dat vermindert de pijn.
  5. Geef aan dat als de steekplaats erg dik wordt, het slachtoffer naar de huisarts moet gaan.
  6. Ga onmiddelijk naar de huisarts/ziekenhuis of bel 112 wanneer door een insect in de mond of keel is gestoken.

Slide 16 - Tekstslide

Oefentoets 8 en 9
Voornaam, achternaam en klas op de toets zetten
Ben je klaar? Leg je blaadje omgedraaid op de hoek van de tafel
Blijf stil

timer
1:00

Slide 17 - Tekstslide

Wanneer je iemand zorg komt verlenen, hoe start je dan een gesprek?
  1. Goedemorgen, goedemiddag of goedenavond.
  2. Je stelt jezelf voor aan de zorgvrager. (LET OP: tijdens een rollenspel ken je de persoon NOOIT.)
  3. Je spreekt de hulpvrager altijd aan met u.

Slide 18 - Tekstslide

Waar moet je aan denken bij het verlenen van zorg?
  1. Je vertelt de hulpvrager wat je komt doen.
  2. Je stimuleert/motiveert zelfredzaamheid.
  3. Je vertelt altijd wat je doet, of gaat doen.
  4. Maak een praatje met de zorgvrager, toon inlevingsvermogen.


Slide 19 - Tekstslide

Afscheid nemen van de zorgvrager
  1. Je vraagt of alles naar wens is of nog ergens bij kan helpen?
  2. Je wenst de zorgvrager een prettige dag.
  3. Je neemt netjes afscheid (niet doeeeei, doehoeeei, bye etc)

Slide 20 - Tekstslide