Aangeboren aandoeningen

Aangeboren aandoening
1 / 53
volgende
Slide 1: Woordweb
IVOthMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Aangeboren aandoening

Slide 1 - Woordweb

Genen
Chromosomen
Combinatie aanleg en omgevingsfactoren
Omgevingsfactoren

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel chromosomen zitten er in een gewone lichaamscel?

Slide 3 - Open vraag

22 paren (44 autosomen) +
X en een Y chromosoom of X en X
   (2 geslachtschromosomen)
Een mens heeft in totaal 23 paar chromosomen. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chromosomen bestaan uit genen en die genen bestaan uit DNA
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

meiose

Slide 8 - Woordweb

Ezelsbruggetje: in mitose zit geen ei, meiose wel; dit heeft met eicel en zaadcel te maken.
Bij de reductiedeling wordt het aantal chromosomen verminderd (gereduceerd) tot de helft. We houden dan cellen over die slechts 23 chromosomen bevatten. Dit zijn de voortplantingscellen of geslachtscellen. Bij de vrouw heten ze eicellen en bij de man zaadcellen. Een ander verschil met de gewone celdeling is dat deze deling in twee stappen verloopt zodat er uiteindelijk 4 cellen (geslachtscellen) ontstaan. De reductiedeling is noodzakelijk om ervoor te zorgen dat onze kinderen in hun cellen weer gewoon 46 chromosomen hebben. Wanneer de mannelijke zaadcel (met 23 chromosomen) bij de bevruchting samensmelt met de vrouwelijke eicel (met 23 chromosomen) beschikt de bevruchte eicel weer over het volledige aantal van 46 chromosomen. Zonder het verschijnsel reductiedeling zou het aantal chromosomen iedere generatie verdubbelen!

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

mitose

Slide 10 - Woordweb

Bij de bevruchting is er sprake van meiose. Na de meiose gaat het over in mitose celdeling.
Gedurende het gehele leven van de mens ontstaan door celdeling nieuwe cellen. Tevens sterven oude cellen voortdurend af.

Bij welke manier van overerving heb je de meeste kans dat je de aandoening echt krijgt?
A
autosomaal dominant
B
autosomaal recessief

Slide 11 - Quizvraag

Autosomaal dominant:
 (50% kans op de aandoening als het van één van de ouders komt) Heb je het gen dan heb je altijd de aandoening.
Autosomaal recessief:
 (25 % kans als het van beide ouders komt) Heb je het gen dan heb je niet altijd de aandoening: het andere gen overheerst. Je moet het van beide ouders erven om het te krijgen.
X-recessief / geslachtsgebonden overerving
     (alleen bij jongens)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

X recessieve overerving

Slide 14 - Woordweb

Het foutje zit altijd op een X chromosoom.
De taak kan alleen door een ander X chromosoom worden overgenomen.
Alleen meisjes hebben een tweede x chromosoom (het paar XX).
Jongens hebben altijd XY en dus geen extra X chromosoom.
Alleen jongens erven de aandoening.
Meisjes kunnen wel drager zijn.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Autosomaal dominant
Autosomaal recessief
X recessief
Huntington
Taaislijmziekte
Familiaire hypercholesterolemie
Fenylketonurie 
Hemofilie
Duchene

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een aandoeningen die te maken heeft met chromosoomafwijkingen

Slide 17 - Open vraag

Fragiele X syndroom ( afwijkend gen op het X chromosoom) is X recessief
Down syndroom
Turner syndroom

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Multifactoriële aandoeningen

Slide 19 - Woordweb

  1. schisis
  2. klompvoetjes
  3. trechterborst
  4. spina bifida
  5. FES ( fetal alc synd)
Omgevingsfactoren:
  • Foliumzuur
  • Infecties
  • Parasiet
  • Medicijnen
  • Hypertensie
  • Alcohol, roken

  • Micro-organismen:
  1. Cytomegalievirus
  2. Rubellavirus
  3. Toxoplasmose veroorzakende parasiet
  4. Listeria


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Genetische aandoening
Chromosomale aandoening
Multifactoriële aandoening
Huntington
Trisomi 21
Cystische fybrose
Schizis
Spina bifida

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

prenataal onderzoek

Slide 22 - Woordweb

Combinatietest
  • Bloedtest +
  • Nekplooimeting (echografie)
NIPT-test
Vlokkentest 
Vruchtwaterpunctie

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies