samenwerken en overleg

Overleg en samenwerking
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

Overleg en samenwerking

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
De student heeft kennis van: 
Het belang van samenwerken uitleggen
Verschillende overleg en samenwerking vormen in de zorg benoemen
Verschillende beroepsgroepen waarmee je samenwerkt in de zorg benoemen
Verschillende overleg en samenwerkingsvormen binnen je team benoemen

Slide 2 - Tekstslide

Ik vind dat ik goed kan samenwerken.
0100

Slide 3 - Poll

Als verpleegkundige moet je goed kunnen samenwerken.
A
ja
B
nee
C
soms

Slide 4 - Quizvraag

Met wie werk je samen als verpleegkundige?

Slide 5 - Woordweb

Definitie van 'samenwerken'
De interactie tussen mensen die van elkaar afhankelijk zijn en die informatie met elkaar uitwisselen om, onder andere, activiteiten te coördineren.

Slide 6 - Tekstslide

Goede communicatie
- Goed luisteren
- De juiste vragen stellen
- Feedback geven en ontvangen
- Reflecteren

Slide 7 - Tekstslide

Vaardigheden 
Die van belang zijn bij een zo effectief mogelijke samenwerking:
- Het overbrengen van relevante informatie
- Weten wie je moet inschakelen, en 
wanneer
- Afspraken nakomen
- Communicatie

Slide 8 - Tekstslide

Rol 3 Samenwerkingspartner

Slide 9 - Tekstslide

Samenwerken in de zorg:
- Multidisciplinaire samenwerking
- Samenwerken binnen je team

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Disciplines in de zorg

Slide 12 - Tekstslide

Geeft adviezen voor aanpassing in voeding of het dieet van de individuele oudere patiënt
Deskundige op het gebied van communicatie problemen en eet- en/of drinkproblemen (slikken) 
Bedenkt praktische oplossingen om zelfredzaamheid, productiviteit en  mobiliteit te bevorderen 
Richt zich op het bewegen van de mens
Geestelijk verzorger
Maatschappelijk werk
Diëtist
Logopedie
Ergotherapeut
Fysiotherapeut
Vertrouwenspersoon die naar de oudere luistert en de oudere ondersteunt in het proces dat hij/zij doormaakt 
Gespecialiseerd in het ondersteunen van ouderen en naasten als het moeilijk wordt om met de veranderde situatie om te gaan

Slide 13 - Sleepvraag

Fysiotherapeut
De specialist in beweging
  • Nabehandeling van fracturen en gewrichtsvervangende operaties 
  • Pijn 
  • Immobiliteit
  • Inactiviteit 
  • Bij bepaalde ziektebeelden (bv. CVA en Parkinson)

Slide 14 - Tekstslide

Diëtist
Geven persoonlijk voedingsadvies
  • Bv. op krachten komen na een operatie
  • Door een ziekte niet meer alles mogen eten
  • Ondervoeding en/of te veel gewichtsverlies
  • Sondevoeding 
  • Bijvoeding 
  • Chronisch zieken

Slide 15 - Tekstslide

Logopedist
preventief, zorg, training en advies biedt m.b.t. primaire mondfuncties (zuigen, slikken en kauwen), het gehoor, de stem, de taal en de spraak.
  • Moeite met het maken van zinnen
  • Moeilijk verstaanbaar
  • Verslikkingsgevaar
  • Moeilijk slikken

Slide 16 - Tekstslide

Ergotherapeut
Leren omgaan met beperkingen om zelfredzaamheid te vergroten
  • Oefenen
  • Leren op een andere manier een activiteit uit te voeren
  • Inzetten van hulpmiddelen 
  • Aanpassen activiteit en/of omgeving
  • Voorlichting 

Slide 17 - Tekstslide

Geestelijk verzorger
Levensvragen en gevoelens die je bezig houden
  • Voor iemand die nieuw in een zorginstelling komt en erg moet wennen 
  • Voor een zorgvrager die zich eenzaam voelt of verdriet heeft over wat er niet meer is en wat niet meer kan
  • Voor een naaste die lijdt door het veranderende gedrag van de zorgvrager
  • De dood 

Slide 18 - Tekstslide

Maatschappelijk werk
Helpt je weer op weg
  • omgaan met beperkingen
  • eenzaamheid/depressie
  • begeleiding en bemiddeling passende woonvorm
  • aanpassen aan de nieuwe omgeving
  • rouw 
  • relatie- en familieproblemen 
  • regelen van financiën
  • informatie wet- en regelgeving
  • aanvragen van bewindvoering 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Welke overlegvormen zijn er?

Slide 21 - Woordweb

Samenwerking tussen disciplines

1. Multi disciplinair

2. Inter disciplinair

Slide 22 - Tekstslide

Multidisciplinair samenwerken
Bij een multidisciplinaire samenwerking blijft iedereen vanuit zijn eigen vak en expertise denken en werken. Er is een gezamenlijk probleem, onderwerp of thema dat vanuit de verschillende disciplines wordt bekeken en vertaald. 
De resultaten daarvan worden op een bepaald moment samengevoegd waarbij het mogelijk is dat de ene discipline sterker naar voren komt dan de andere. In de presentatie zijn de disciplines nog duidelijk te onderscheiden. De interactie blijft beperkt tot reflecteren, uitwisselen van en voortborduren op elkaars ideeën

Slide 23 - Tekstslide

0

Slide 24 - Video

Door MDO wordt de onderlinge organisatie van de zorg beter op elkaar afgestemd.
EENS
ONEENS

Slide 25 - Poll

Inter disciplinair
Bij een interdisciplinaire samenwerking hebben de disciplines elkaar nodig om een probleem op te lossen. 
De wederzijdse beïnvloeding bepaalt de inhoud. 
De inzichten die hierdoor ontstaan overstijgen de grenzen van het eigen vak. 
In het eindproduct zijn de disciplines in elkaar overgevloeid en moeilijk te onderscheiden. De interactie is steeds zichtbaarder in het samen reflecteren en maken.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Nog een andere vorm van samenwerken; IPOS

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Multidisciplinaire samenwerking
-----------------------------------------

Interprofessionele samenwerking
-----------------------------------------
Bij een multidisciplinair aanpak treden verschillende beroepsbeoefenaren één voor één vanuit hun eigen beroep op zonder dat hier veel overleg plaatsvindt.
Bij de interprofessionele aanpak wisselt men onderling informatie uit om een gemeenschappelijk zorgplan voor een cliënt of gezin op te stellen. Elke stap wordt met de cliënt en alle betrokkenen besproken. Hierdoor is iedereen op de hoogte, heeft iedereen een completer beeld van de volledige zorg en weet iedereen waar men mee bezig is.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Wat heb jij geleerd deze les?

Slide 34 - Woordweb