In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.
Onderdelen in deze les
De grote
jeeeeej-we-hebben-bijna-vakantie-dierenquiz
Slide 1 - Tekstslide
The big five: Olifant, buffel, neushoorn, leeuw en luipaard
Slide 2 - Tekstslide
Welk dier hoort NIET bij 'the big five"?
A
Luipaard
B
Leeuw
C
Krokodil
D
Neushoorn
Slide 3 - Quizvraag
Hoeveel vleugels heeft een vlinder?
A
2
B
4
C
6
Slide 4 - Quizvraag
Vlinders hebben 4 vleugels.
Ze hebben zowel links als rechts een boven- en een ondervleugel.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
01:34
Hoe loop het af?
A
De leeuw eet de buffel op
B
De buffel geeft de leeuw een trap en komt vrij
C
Andere buffels komen hun groepsgenoot redden
D
De leeuw heeft eigenlijk geen honger en laat de buffel gaan
Slide 7 - Quizvraag
Hoe hoog is de hoogste boom?
A
56m
B
85m
C
102m
D
116m
Slide 8 - Quizvraag
Hyperion is met 116m de hoogst bekende boom op aarde. Het is een kustsequoia, deze bomen kunnen in totaal 130m hoog worden!
Slide 9 - Tekstslide
De wetenschappelijke naam van de spaanse wegslak is Arion vulgaris.
Wat betekent 'vulgaris'?
A
Smerig
B
Gewoon
C
Slijmerig
D
Slak
Slide 10 - Quizvraag
'Vulgaris' betekent gewoon. Veel soorten hebben 'vulgaris' in de naam en dat is meestal zo omdat die soort binnen zijn geslacht het makkelijkst te vinden is.
Foto: Akelei (Aquilega vulgaris)
Slide 11 - Tekstslide
Alleen mannetjesmuggen steken
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Alleen vrouwtjes steken.
Het bloed gebruiken ze om hun eitjes te laten rijpen.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
00:38
Wat gaat er gebeuren?
A
De zeehond steelt een peddel
B
De zeehond gaat weer weg
C
De zeehond haalt andere zeehonden erbij
D
De zeehond lift een stukje mee
Slide 15 - Quizvraag
Wie duikt het diepst?
A
Potvis
B
Keizerspinguïn
C
Mens
(zonder duikersklok)
D
Dolfijn van Cuvier
Slide 16 - Quizvraag
En de winnaar is...
Dolfijn van Cuvier (2992m)
Potvis (2800m)
Keizerspinguin (564m)
Mens (332,35m)
Slide 17 - Tekstslide
Hoe lang kan een ijsbeer onder water blijven?
A
31 seconden
B
72 seconden
C
103 seconden
D
126 seconden
Slide 18 - Quizvraag
Hoe snel is een konijn?
A
12 km/h
B
23 km/h
C
36 km/h
D
49 km/h
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Video
Welke vogel bereikt de hoogste snelheid?
A
Albatros
B
Struisvogel
C
Blauwgele ara
D
Slechtvalk
Slide 21 - Quizvraag
De slechtvalk kan in een duikvlucht wel 325km/h bereiken!
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Waar zijn kangoeroes het dichtst aan gerelateerd?
A
Koala's
B
Hazen
C
Kamelen
D
Muizen
Slide 24 - Quizvraag
Welke vogel komt ter wereld het meeste voor?
A
Mus
B
Kip
C
Kraai
D
Meeuw
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Video
In welk land zijn koeien heilig?
Slide 27 - Open vraag
Waar slapen eekhoorns?
A
Onder de grond
B
Net als vleermuizen, ondersteboven aan een tak
C
In een nest in de boomtakken
D
Gewoon op de grond
Slide 28 - Quizvraag
Kan een olifant niezen?
A
Jazeker, en hoe!
B
Nee, hij werkt irritaties weg door water op te slurpen met zijn slurf
C
Nee, één keer trompetteren en alle irritaties zijn verdwenen
D
Nee. Dat hoeft ook niet, want door de lange slurf komen er geen irritaties binnen.
Slide 29 - Quizvraag
Slide 30 - Video
Hebben grote dieren ook een groot hart?
A
Ja. Logisch toch?
B
Wat een onzin, helemaal niet.
Slide 31 - Quizvraag
Jazeker!
Het hart van een blauwe vindvis (rechts) is zo groot als een golfkarretje en zijn aderen zijn zo groot dat kinderen er doorheen zouden kunnen kruipen
Ieuw...
Slide 32 - Tekstslide
Hoeveel ogen heeft een spin?
A
twee, net als wij
B
Meestal zes, drie vóór en drie achter
C
Meestal acht
D
Een spin heeft helemaal geen ogen
Slide 33 - Quizvraag
Kunnen kwallen bevriezen?
A
Nee, ze zijn koudbloedig
B
Ja, dat kan
C
Nee, ze bestaan uit zout water en dat bevriest niet
D
Nee, er zijn in de winter geen kwallen
Slide 34 - Quizvraag
Kwallen bestaan voor 85% uit water en kunnen in theorie dus wel bevriezen. Echter zijn er geen kwallen in de winter.
Kwallen beginnen als poliepje wat vast zit aan de grond. Daarna worden ze een muse; een vrijzwemmend schijfje. Pas daarna groeien ze uit tot echte kwal.
De onsterfelijke kwal kan de cirkel ook achterstevoren doorlopen! Hij kan er dus altijd voor kiezen om weer jong te worden. Vandaar zijn naam.
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Video
01:10
Wat gaat er gebeuren?
A
De struisvogel rent weg
B
De struisvogel steekt z'n kop in het zand
C
De struisvogel schakelt een cheeta uit met een trap
D
De struisvogel staart naar de cheeta's zodat die afdruipen