In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS
Slide 1 - Tekstslide
DOEL
TREMA EN KOPPELTEKEN
- je weet wanneer je een trema (") of
een koppelteken (-) moet gebruiken
Slide 2 - Tekstslide
Bekijk de woorden. Wat valt op? autoonderdelen - poezie - logoontwerp - gftafval - ruine - wcdeur - studieuren - yas
Slide 3 - Open vraag
Doe oortjes in
en bekijk
de filmpjes met uitleg!
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Video
Trema (") kort samengevat
In sommige woorden schrijf je een trema. Je voorkomt zo dat je een woord verkeerd uitspreekt.
Het trema maakt duidelijk dat het om twee klinkers gaat,
en niet om één klank.
Slide 7 - Tekstslide
Koppelteken (-) kort samengevat
In sommige woorden schrijf je een koppelteken. Je voorkomt zo dat je een woord verkeerd uitspreekt.
Het koppelteken schrijf je tussen twee delen van een samenstelling:
1. als de samenstelling verkeerd uitgesproken kan worden
2. in aardrijkskundige aanduidingen
3. voor of na een hoofdletter
4. na een cijfer, afkorting of symbool
Slide 8 - Tekstslide
Waarom heeft het woord een trema? geïnteresseerd
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 9 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een trema? hindoeïsme
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 10 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een trema? onhygiënisch
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 11 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? DNA-onderzoek
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 12 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? domino-effect
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 13 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? elite-eenheid
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 14 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? e-mailen
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 15 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? mini-jurk
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 16 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? Oost-Indisch
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 17 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? thema-avond
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 18 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? %-teken
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 19 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? Zuid-Europa
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 20 - Quizvraag
Waarom heeft het woord een koppelteken? Etten-Leur
A
Het woord is een aardrijkskundige aanduiding of afleiding hiervan
B
Het woord is een samenstelling die je anders verkeerd zou uitspreken
C
Het woord is een samenstelling waarin een cijfer, symbool of afkorting voorkomt
D
Het woord is geen samenstelling en anders zou je het verkeerd uitspreken
Slide 21 - Quizvraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Jasper heeft een filmpje over junkfood geupload naar YouTube.
_________
Slide 22 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. De apkkeuring van auto's is in Europa wettelijk verplicht.
___________
Slide 23 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Heb jij een eigen stereoinstallatie op jouw kamer?
_______________
Slide 24 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Na een flauwe Sbocht moet je rechtsaf naar de sporthal.
_______
Slide 25 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Jos' oma is sinds gisteren haar 65+kaart kwijt.
________
Slide 26 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. In aardbeien zitten talloze vitamines, zoals vitamine C.
_________
Slide 27 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Bij de studiebegeleider kun je terecht voor studieadvies.
____________
Slide 28 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Svens vader kocht op Marktplaats een oud petroleumstel.
_____________
Slide 29 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Hebben jullie nog ideeen voor het afscheid van Liz?
_______
Slide 30 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Yvet denkt dat ik haar naaap met mijn nieuwe kapsel.
______
Slide 31 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. De patienten moesten wachten in de sobere wachtkamer.
_________
Slide 32 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Jasmina's vader ging naar de BMWdealer voor een proefrit.
___________
Slide 33 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Carmen kreeg een astmaaanval tijdens de gymnastiekles.
____________
Slide 34 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. De mentor heeft de klas geinformeerd over de verschillende keuzevakken.
____________
Slide 35 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. Je kunt meeeters beter niet uitknijpen.
_________
Slide 36 - Open vraag
Neem het onderstreepte woord over en zet een trema of koppelteken waar dat moet. In veel scholen ligt er linoleum op de vloer.
________
Slide 37 - Open vraag
GELEERD?
TREMA EN KOPPELTEKEN
- je weet wanneer je een trema (") of koppelteken (-) moet gebruiken
Slide 38 - Tekstslide
Wat wist je al?
Slide 39 - Open vraag
Is er iets wat je nog niet zo goed snapt? Zo ja, schrijf dit op.