week 38, 3e klas, les 1 (Bijv nw, Partie C)

1 / 21
volgende
Slide 1: Interactieve video met 1 slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

1

Slide 1 - Video

semaine38,cours1


1.Quel est le jour et la date    
2.Quel temps fait-il    
3. Quelle heure est-il    

 

      
timer
0:30

Slide 2 - Tekstslide

  1. Début
    -
    Check-in
  2. GRAMMAIRE
    - Bijvoeglijk nw
  3. AU TRAVAIL
    - Bijvoeglijk nw
    - Lire Accro aux écans (oefentekst)
    Fin du cours
  4. - Blooket 
    - Réflection du cours






GRAMMATICA: BIJV. NW
LIRE: oefentekst
 (30m)
( 20m)

 (05m)

 (05m)

Slide 3 - Tekstslide

02:39
Cette chanson (liedje) s'appelle 'BELLE'.
Wat betekent 'BELLE'?

Slide 4 - Open vraag

4

Slide 5 - Video

Welk woord in deze zin is een bijvoeglijk naamwoord?

Paris est une belle ville
A
Paris
B
belle
C
ville
D
une

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord in deze zin is een bijvoeglijk naamwoord?

C'est une chanson française
A
une
B
c'est
C
chanson
D
française

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord in de zin is een bijvoeglijk naamwoord?
C'est une famille formidable.
A
C'est
B
une
C
famille
D
formidable

Slide 8 - Quizvraag

00:10
Een bijvoeglijk nw zegt iets over....
A
zelfstandig naamwoorden
B
werkwoorden
C
bijwoorden
D
bijzinnen

Slide 9 - Quizvraag

00:43
Het groene huis = la maison .....
A
VERT
B
VERTE
C
VERTS
D
VERTES

Slide 10 - Quizvraag

01:00
De blauwe broeken = les pantalons (m) ....
A
BLEU
B
BLEUS
C
BLEUE
D
BLEUES

Slide 11 - Quizvraag

01:23
Hoe zeg je 'De sneakers zijn mooi' = Les baskets (vr) sont ....
A
BEAU
B
BEAUX
C
BELLE
D
BELLES

Slide 12 - Quizvraag

Het bijvoeglijk naamwoord (P. 26)
  • swfes
La fille est petite
Le garçon est petit
Les filles sont petites
Wat betekent het woord petit?
Hoe wordt dit woord in de 3 zinnetjes vertaald?

Slide 13 - Tekstslide

Het bijvoeglijk naamwoord

zegt iets over een zelfstandig naamwoord
Mon frère est grand           Mijn broer is groot





past zich in het Frans aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort

Slide 14 - Tekstslide

BIJVOEGLIJK NAAMWOORD
  • Pagina 26 portfolio
  • Vul de stippels in....
  • Basisregels: -, e, s, es
  • Onregelmatige vormen!!
    bon (goed, lekker)
    beau (mooi)
    nouveau (nieuw)
    vieux (oud)
  • Let op plaats: meestal erachter

Slide 15 - Tekstslide

Vul het schema in.
Mannelijk enk
Mannelijk meerv
Vrouwelijk enk
Vrouwelijk meerv
voorbeeld
Joe est ...
Joe et Paul sont ...
Léa est ...
Léa et Sofie sont ...

Slide 16 - Tekstslide

timer
1:00
+es
+s
+e
+ ∅
petit
petites
petits
petite

Slide 17 - Sleepvraag

Welke zin is grammaticaal correct?
A
J'ai une copine français.
B
Mon père a un vélo grises.
C
Nous avons une grands maison.
D
Elle a une petite soeur.

Slide 18 - Quizvraag

AU TRAVAIL
  1. L'ADJECTIF
    - Portfolio/Studiewijzer ( p. 26, 27)
    - Online: Boîte à Gramm, Herk 1 + Herk 2

  2. TEXTE FORMATIF "Accro aux écrans" 
    - Vertaal de 20 woorden (Chapitre 1, naslag)
    - Beantwoord de vragen 

  3. CONTRÔLE DEVOIRS
    - GL, Chap 1: Partie A + B 
    - Portfolio: pagina 25, 27, 34
timer
10:00
3HAVO: naslag ABEF
3VWO: naslag ABEF
3VWO: naslag CG
3HAVO: naslag CG

Slide 19 - Tekstslide

Zet het bijvoeglijk naamwoord
"beau" in de juiste vorm:
J'ai une ________ copine.
timer
1:00

Slide 20 - Open vraag

au prochain cours!

Slide 21 - Tekstslide