Tekeningen lezen

Tekening lezen
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Tekening lezen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
  • Je weet wat bouwtekeningen zijn.
  • Je weet wat een projectie (3D).
  • Je kent de begrippen vooraanzicht, bovenaanzicht, zijaanzicht
  • Je weet wat een schets is
  • Je kent de betekenis van 'op schaal tekenen'

Slide 2 - Tekstslide

3.1  Tekeningen lezen

Slide 3 - Tekstslide

Uitleg tekenen op schaal

Slide 4 - Tekstslide

Wat is werken op schaal?
Tekenen in verhouding.
Schaal 1:100 = 1 mm in tekening is 100mm in het echt
op de tekening is alles kleiner dan in het echt.

Schaal moet op de tekening staan.

Bij technisch tekenen dus bij nastec zijn alle maten in millimeter (mm)

Slide 5 - Tekstslide

Schaal tekenen
Voordat je een huis laat bouwen wil je natuurlijk wel weten hoe het eruit gaat zien. Daarom maakt een architect verschillende bouwtekeningen. Omdat de maten van een huis te groot zijn om op papier te tekenen worden deze bouwtekeningen op schaal gemaakt.

Slide 6 - Tekstslide

Je ziet hiernaast een plattegrond van een slaapkamer.

Welke bewering is juist?
A
De plattegrond is op schaal getekend
B
De plattegrond is getekend op ware grootte

Slide 7 - Quizvraag

Schaal 1:50 wil zeggen dat 1 mm in de tekening in werkelijkheid 5 mm is.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent de schaal 1 : 25
A
de maten zijn even groot
B
de maten op tekening zijn 25x zo klein
C
De maten op tekening zijn 25x zo groot

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de schaal als een technische tekening is getekend op ware grootte?
A
schaal 0
B
geen schaal
C
schaal 1
D
schaal 1 : 1

Slide 10 - Quizvraag

Een technische tekening
De amerikaanse projectie

Slide 11 - Tekstslide

Aanzichten
Van technische producten wordt vaak een tekening gemaakt. Hierbij wordt gebruik gemaakt van aanzichten. Er zijn 6 aanzichten, waarvan er meestal 3 worden gebruikt.

Vooraanzicht, bovenaanzicht en (rechter)zijaanzicht.
De aanzichten hebben een vaste plaats. 

Het bovenaanzicht staat recht boven het vooraanzicht. En het zijaanzicht staat naast het vooraanzicht.

Slide 12 - Tekstslide

Verschillende aanzichten

Slide 13 - Tekstslide

Aanzichten
  1. Bij een aanzicht zie je maar 1 kant.
  2. Bij een aanzicht zie je GEEN diepte.
  3. Bijna altijd heb je een vooraanzicht, een rechterzijaanzicht en een bovenaanzicht.

  4. Overige aanzichten: achteraanzicht, linkerzijaanzicht, onderaanzicht

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Sleep de aanzichten naar de juiste plaats

Slide 16 - Sleepvraag

bovenaanzicht
vooraanzicht
rechter-
zijaanzicht
isometrische
tekening

Slide 17 - Sleepvraag

Technische tekening
In een technische tekening worden ook maten aangegeven. 
De maten in millimeters. 

2 soorten lijnen:
Maatlijnen: Maatlijnen hebben altijd pijltjes of streepjes aan het einde. Bij de lijnen staan getallen.

Hulplijnen: dunne lijnen die helpen bij tekenen.


Slide 18 - Tekstslide

In een technische tekening geven de lijnen met een pijlen of streepjes...
A
...de richting aan.
B
...de hoogte aan.
C
...de maat aan .
D
...de breedte aan.

Slide 19 - Quizvraag

Isometrische tekening

Slide 20 - Tekstslide

Ruimtelijke tekening
In een aanzicht zie je maar 1 kant van een voorwerp. Om het hele voorwerp te zien, gebruik je een isometrische tekening. 
Je ziet dan meerdere kanten van het voorwerp.

Slide 21 - Tekstslide

EINDE 
Zijn er vragen?

Slide 22 - Tekstslide