In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Vak: Economie
Hoofdstuk: 2.4 Verzekeren, hoezo?
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Lesdoel
4.
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
Slide 1 - Tekstslide
1. Lesopening
Pak je boek van economie en je schrift van economie.
Laat je boek nog even dicht op tafel liggen.
Huiswerkcontrole.
Slide 2 - Tekstslide
2. Leergebiedoverstijgende doelen
Denkvermogen:
- Weeg oplossingen tegen elkaar af
- Kies beargumenteerd een oplossing
Samenwerkend leren:
- Kan het groepsbelang voor het eigen belang stellen
- Vervult verschillende rollen
Slide 3 - Tekstslide
3. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- weet je waarom je een verzekering afsluit
- weet je hoe een verzekering werkt en bij wie je die afsluit.
- je kunt met behulp van informatie de premie vaststellen
- je weet wat het gevolg is als je een eigen risico hebt.
Slide 4 - Tekstslide
Wat is premie?
A
De verzekering zelf
B
De schade die wordt uitbetaald
C
Het bedrag dat je iedere maand betaalt aan je verzekering
D
De verzekeringsmaatschappij
Slide 5 - Quizvraag
Wat is een polis?
A
Verzekeringsbewijs
B
Iemand uit Polen
C
Verzekeraar
D
Verzekerde
Slide 6 - Quizvraag
Jim denkt dat de kans groot is dat zijn e-bike gestolen kan worden. Daarom neemt hij een verzekering. Hij neemt een verzekering om zijn ... te verlagen.
A
WA
B
Risico
C
Polis
D
Premie
Slide 7 - Quizvraag
Wat is het 'eigen risico'?
A
De eigen bijdragen aan een schade of claim
B
Het bedrag wat je terug krijgt van de verzekering
C
Het eigen risico is de premie die je maandelijks betaald
D
Je dagwaarde van de het verzekerde object
Slide 8 - Quizvraag
Wie maakt wat:
Had je alle 4 de vragen goed: dan mag je zonder instructie beginnen aan de opdrachten 43 t/m 56.
Had je 2/3 vragen goed: dan luister je mee naar de basisinstructie. Daarna kan je zelfstandig aan het werk.
Had je 0/1 vraag goed: dan doe je mee met de basisinstructie en maken we daarna nog een aantal opgaven samen.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Wie heeft al ooit een verzekering afgesloten?
Waarom?
Slide 11 - Tekstslide
Begrippen
Risico
De kans dat je schade krijgt.
Verzekering
Pech? Ben je verzekerd, dan krijg je het geld vergoed.
Verplicht / Vrijwillig verzekeren?
WA - Wettelijk Aanspraaklijheid = verplicht!
CASCO - eigen schade = mag je zelf weten.
Premie
Het bedrag dat je voor de verzekering moet betalen.
Slide 12 - Tekstslide
Begrippen
Polis
een bewijs dat je de verzekering hebt afgesloten
Polisvoorwaarden
De rechten en plichten van de verzekerde en verzekeraar.
Verzekerde / Verzekeraar?
Verzekerde = JIJ!
Verzekeraar = verzekeringsmaatschappij
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Claim
Eigen Risico
Het deel van je schade dat je zelf moet betalen.
Schadevergoeding
Het deel dat de verzekeraar betaalt
Slide 15 - Tekstslide
5. Begeleid inoefenen
Volgende je alleen de basisinstructie dan mag je nu zelfstandig aan het werk met de opdrachten van paragraaf 2.4.
De verlengde instructie maakt samen met mij opdracht 46, 48, 51 en 54.
Slide 16 - Tekstslide
6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig paragraaf 2.4 opdracht 43 t/m 56 op bladzijde 52 t/m 55.
Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na en verbeter je.
Daarna maak je de rekenopgaven 'verzekeren' op blz 65.
timer
1:00
Slide 17 - Tekstslide
7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog opdrachten waar je moeite mee hebt?
Nog even een check om te kijken of je de les hebt begrepen:
Slide 18 - Tekstslide
Sanne neemt een verzekering voor haar telefoon. Ze krijgt een document toegezonden. Daar staan alle afspraken en voorwaarden in. Dit heet een...
A
Verzekeraar
B
CASCO
C
Vrijwillig verzekeren
D
Polis
Slide 19 - Quizvraag
De ... staan in de polis. Dit zijn alle plichten en rechten van de verzekeraar en verzekerde op een rij.
A
Polis
B
Risico
C
Polisvoorwaarden
D
Plan
Slide 20 - Quizvraag
Het bedrag dat de verzekerde elke maand aan de verzekeraar betaalt
A
Schade
B
Premie
C
Schadevergoeding
D
Eigen Risico
Slide 21 - Quizvraag
Ik wil mijn telefoon verzekeren en betaal ........ aan de .......