2HV - De stille week

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat gebeurt er in de kerk op Aswoensdag?
A
De oude palmtakken worden verbrandt en je krijgt een askruisje.
B
Je moet naar de priester gaan en vertellen over je fouten.
C
Je krijgt een kruisje met olie op je hoofd.
D
Je moet assen meebrengen en deze aan de priester geven.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de betekenis van vasten?
A
Je spaart geld uit dat je aan arme mensen kunt geven
B
Je kunt aan de lijn doen en dat zo gezond blijven
C
Het helpt je om jezelf eens flink discipline op te leggen
D
je wordt teruggeworpen op jezelf en beseft meer wat waardevol is in het leven

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Waarom zijn de mensen zo blij als Jezus naar Jeruzalem komt?
Welke reden klopt niet:
A
Hij is volgens hun een grote profeet
B
Ze hebben gehoord over de wonderen die hij heeft gedaan
C
Ze denken dat Jezus hun gaat redden
D
Omdat de Romeinen super bang zijn voor Jezus

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Pasen en Pesach hebben 1 overeenkomst. Ze vieren beiden….
A
De overwinning van het licht op het donker
B
De opstanding van Jezus uit de dood
C
Het laatste avondmaal van Jezus en zijn vrienden.
D
De overwinning over de zonden van de mensen

Slide 13 - Quizvraag

Welke gebeurtenissen vonden plaats op Witte donderdag? (duid er 2 aan)
A
Jezus sterft
B
Laatste avondmaal
C
Voetwassing
D
Jezus wordt verraden door Judas.

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Palm-
pasen
Stille zaterdag 
Goede vrijdag 
Witte donderdag 
Pasen
Jezus sterft
Jezus staat op uit de dood
Laatste avondmaal 
Jezus gaat naar Jeruzalem 
Jezus ligt in het graf

Slide 19 - Sleepvraag