Week 49 - 1b3 - Woorden H2.5 - les 2 en 3
1 / 22
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Ik zal een aantal herhalingstaken klaarzetten in NUMO voor het SO.
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat heb je allemaal nodig bij het woord GUNNEN?
A
Iets dat je gunt
B
Iemand aan wie je het gunt
C
Een gunner
D
A, B en C
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Maak een zin met het woord GUNNEN.
Slide 7 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Maak een zin met het woord VOORTDUREND.
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
Vragen?
Slide 10 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 11 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Ik zal een aantal herhalingstaken klaarzetten in NUMO voor het SO.
Slide 14 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Open vraag
Vraag: welke omschrijving voor het woord 'boemerang' wordt in de tekst gebruikt?
Tip: laat de leerlingen eerst typen en dan allemaal tegelijk op verzenden klikken. Anders komen de antwoorden over het plaatje heen te staan.
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Ik zal een aantal herhalingstaken klaarzetten in NUMO voor het SO.
Slide 18 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn synoniemen?
A
Woorden die een tegenovergestelde betekenis hebben
B
Woorden die dezelfde betekenis hebben
Slide 19 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk synoniem voor SINTERKLAAS hoor je in de video?
Slide 20 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
