Aan het eind van de les weet de leerling de afkorting van 38 elementen uit het periodieke systeem beter te gebruiken door het spelen van de elementenbingo
Slide 2 - Tekstslide
Het periodiek systeem der elementen
Slide 3 - Tekstslide
Spelregels
Er worden twee rondes bingo gespeeld
De eerste bingo valt wanneer er een rijtje vol is (horizontaal, verticaal, diagonaal)
De tweede bingo valt bij een volle kaart
Meestal rond sinterklaastijd (NOVA): prijs is een kleine en grote chocoladeletter met afkorting H, P, O, S etc.
Valse bingo: liedje zingen!
Slide 4 - Tekstslide
Bingokaarten
https://myfreebingocards.com/bingo-card-generator
Slide 5 - Tekstslide
Spinner
Slide 6 - Tekstslide
Spelregels
Het wiel laat steeds één naam zien van een element zien
Leerlingen zoeken zelf bijbehorende afkorting op
Mogen gebruik maken van het boek
Formatieve toets: zonder boek
Slide 7 - Tekstslide
Bingo!
Slide 8 - Tekstslide
Bingo!
Kies uit onderstaande elementen 2 afkortingen en schrijf deze op:
Waterstof
H
Koolstof
C
Stikstof
N
Zuurstof
O
Zwavel
S
Chloor
Cl
Helium
He
Fosfor
P
Slide 9 - Tekstslide
Bingo!
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Vakdidactische onderbouwing
Kan gebruikt worden als spel maar ook als formatieve toets, differentiatie
Op een (inter)actieve manier de stof herhalen uit het boek
Het is leuk! Ieder jaar succes verzekerd
Slide 12 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het eind van de les weet de leerling de afkorting van 38 elementen uit het periodieke systeem beter te gebruiken door het spelen van de elementenbingo