Vragers en aanbieders H3 par 1+2

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

H4 Economie

Y. Kocayörük

Terugblik

Noem dingen op die je nog weet van de vorige les (H1).

Mededeling

Toetsstof: H 1 t/m H4

H5 NIET

Lesdoelen les 1

- Kunnen uitleggen wat individuele betalingsbereid is.

- Het verband kunnen leggen tussen individuele betalingsbereidheid en de collectieve vraag

- De collectieve vraaglijn kunnen tekenen vanuit een qv functie

- De consumentensurplus kunnen berekenen en arceren in de grafiek

- De verschuivingen van de vraaglijn kunnen uitleggen

Marktonderzoek

- Hoeveel paaseieren zul je afnemen bij de volgende prijs?

- Wat is het verband tussen de individuele betalingsbereidheid en de collectieve vraag?

Prijs per ei	aantal afname
3 cent
5 cent
7 cent
10 cent

De collectieve vraag Qv

Gegeven: qv= -3p+300

1. Waarom staat er een '-' bij '-3p'?

2. Wat is de afname bij een prijs van €10 en €50?

3. Teken de qv lijn in een grafiek: X-as= q     Y-as= p (€)

4. Stel dat er een prijs tot stand komt van bij een prijs van €50. Bereken de consumentensurplus en arceer deze in je grafiek.

Stel dat ik dezelfde marktonderzoek met paaseiren zou doen net voor pasen. Hoe zou je dan geboden hebben?

Oefenen

Maak opgave 3.5 en 3.7

Lesdoelen les 2

- Kunnen uitleggen wat de individuele aanbodbereidheid is van een producent

- Het verband kunnen leggen tussen het individuele aanbodbereidheid en het collectieve aanbod

- De qa lijn kunnen tekenen vanuit een qa functie

- De producentensurplus kunnen berekenen en arceren in de grafiek

- De verschuiving van het aanbodlijn kunnen uitleggen

Het aanbod

- Aanbieders (producenten) hebben een aanbodbereidheid: individuele aanbodbereidheid

- Zoals bij collectieve vraag is het collectieve aanbod (qa) de totale optelsom van de individuele aanbodbereidheid van producenten.

Het aanbod

Gegeven: qa= 2p - 100

1. Wat is het totale aanbod bij een prijs van €10 en €30?

2. Teken de qa lijn in een grafiek: X-as= q Y-as= p (€)

3. Stel dat er een prijs tot stand komt van bij een prijs van €75. Bereken de producentensurplus en arceer deze in je grafiek.

4. Noem twee oorzaken voor de verschuivin van het aanbodlijn.

Oefenen

Maak opgave 3.10 en 3.12

Afsluiting

Terugblik op lesdoelen