In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
BS 3.3 planten
Slide 1 - Tekstslide
Doel van de les:
Zoals je weet waren we bezig met Ordening (=het indelen van organismen in groepen vanwege bepaalde kenmerken)
Vandaag: Je kent de kenmerken van de 2 belangrijke groepen planten:
de sporenplanten en de zaadplanten
Slide 2 - Tekstslide
Wat is GEEN soort symmetrie?
A
Tweezijdig
B
Veelzijdig
C
Enkelzijdig
Slide 3 - Quizvraag
Waar kijken we naar bij de indeling van dieren?
A
Symmetrie en levenswijze
B
Leefomgeving en skelet
C
Vorm en symmetrie
D
Symmetrie en skelet
Slide 4 - Quizvraag
De symmetrie van dit dier is?
A
tweezijdig
B
veelzijdig
C
eenzijdig
D
a-symmetrisch
Slide 5 - Quizvraag
Een dier met een inwendig skelet heeft zijn skelet aan de ...?
A
Binnenkant.
In zijn lichaam.
B
Buitenkant.
Als een pantser.
C
Buitenkant.
Als een schelp.
D
Buitenkant.
Als een huisje.
Slide 6 - Quizvraag
Heeft dit dier een skelet? Zo ja; wat voor soort skelet?
A
Nee, geen skelet
B
Ja, een inwendig skelet
C
Ja, een uitwendig skelet
D
Ja, zowel inwendig als uitwendig skelet.
Slide 7 - Quizvraag
Een kwal is een neteldier
A
ja
B
nee
Slide 8 - Quizvraag
Planten worden in drie groepen verdeeld. We hebben het vandaag alleen over de sporenplanten en de zaadplanten
Slide 9 - Tekstslide
Stam: Sporenplanten
Mossen:
Mossen zijn kleine plantjes, ze groeien in groepen bij elkaar.
Varens:
Varens herken je aan hun grote bladeren.
De bladrand is vaak ingesneden. Zo lijkt één blad uit allemaal kleine blaadjes te bestaan.
mossen
varens
Dit zijn voorbeelden van sporenplanten. Sporen zijn de zaadjes van sporenplanten. Sporen zijn alleen veel kleiner dan zaden. Uit sporen kunnen nieuwe planten groeien.
Slide 10 - Tekstslide
Bij Mossen zitten de sporen in DOOSJES
Voortplanting:
Mosplantjes vormen sporendoosjes die (ver) boven het plantje zelf uitsteken.
In de sporendoosjes komen sporen, dat zijn de voortplantingscellen van de sporenplant.
Slide 11 - Tekstslide
Varens maken hun sporen in HOOPJES aan de onderkant van de bladeren
Voortplanting:
Een sporenhoopje
Slide 12 - Tekstslide
Hieronder zie je voorbeelden van zaadplanten. Zij maken zaden die uit bloemen komen en uit die zaden kan een nieuwe plant groeien. Links zie je een beuk. Rechts een den.
Slide 13 - Tekstslide
De stam van de zaadplanten
-
Voorbeelden van zaden in de vruchten van zaadplanten
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Begrippen
Sporenplanten met sporenhoopjes of sporendoosjes
zaadplanten met zaden uit bloemen
Uit sporen en zaden kunnen weer nieuwe planten groeien als ze op een goede plek terecht komen.