H3: 3.5/ Lineaire formules - 2M

Lesplanning:   
  • Rekenbreak
  • Lesdoel bespreken
  • Terugblik: vk t/m 3.4
  • Theorie: 3.5
  • Zelfstandig werken
  • Huiswerk en afsluiting
H3 Formules en vergelijkingen:
VK Grafieken
1. Oplossen met grafieken
2. Oplossen met inklemmen
3. Oplossen met de balansmethode
4. Uitgebreide balansmethode
5. Lineaire formules



timer
5:00
Als je sommenblad af is, pak je een van de rekenpuzzels en werk je daar aan.
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lesplanning:   
  • Rekenbreak
  • Lesdoel bespreken
  • Terugblik: vk t/m 3.4
  • Theorie: 3.5
  • Zelfstandig werken
  • Huiswerk en afsluiting
H3 Formules en vergelijkingen:
VK Grafieken
1. Oplossen met grafieken
2. Oplossen met inklemmen
3. Oplossen met de balansmethode
4. Uitgebreide balansmethode
5. Lineaire formules



timer
5:00
Als je sommenblad af is, pak je een van de rekenpuzzels en werk je daar aan.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel

Je hebt de leerdoelen van 3.5 behaald, of
weet wat je nog moet doen om deze te behalen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
  • Wat is een voorbeeld van een formule?
  • Wat is een variabele?
  • Wat is het stappenplan voor het oplossen met de balansmethode van een vergelijking als 3x - 4 = 6x + 17?


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  1. Schrijf de vergelijking over.                                         5 + 9x = 3x + 23
  2. Losse getallen uit linkerlid, tegenovergestelde  - 5                    - 5 
    (+5 wordt -5 aan beide kanten)                                        9x = 3x + 18 
  3. Variabele uit het rechterlid, tegenovergestelde       -3x    -3x
    (+3x wordt -3x aan beide kanten)                                    6x =          18
  4. Deel door het getal voor de variabele.                           : 6             : 6 
    (Delen door getal voor de x)                                                 x = 3 
  5. Antwoord invullen in linker- en rechterlid.                5 + 9 x 3 = ?  = 32
                                                                                                   3 x 3 + 23 = ? = 32
    Oplossingen moeten allebei hetzelfde zijn               Dit klopt 
  6. Schrijf je conclusie op.   (eenheid?)                           Dus x = 3 
Stappenplan Balansmethode

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
Los op met de balansmethode: 3x - 4 = 6x + 17


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4
3x        = 6x + 21


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4
3x        = 6x + 21
-6x        -6x


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4
3x        = 6x + 21
-6x        -6x
-3x      =          21

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4
3x        = 6x + 21
-6x        -6x
-3x      =          21
:-3                   :-3

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4
3x        = 6x + 21
-6x        -6x
-3x      =          21
:-3                   :-3
x           =         -7

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4
3x        = 6x + 21
-6x        -6x
-3x      =          21
:-3                   :-3
x           =         -7
Controleer!
3 x -7 - 4 = ?
6 x -7 + 17 = ?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
3x - 4 = 6x + 17
      +4            +4
3x        = 6x + 21
-6x        -6x
-3x      =          21
:-3                   :-3
x           =         -7
Controleer!
3 x -7 - 4 = -25
6 x -7 + 17 = -25
Dit klopt
Dus x = -7

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
Welk stappenplan gebruiken we als we een grafiek tekenen bij een formule?

Bijvoorbeeld bij y = 15 - 2x

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappenplan grafiek tekenen

  1. Tabel maken en minstens drie waardes uitrekenen.
  2. Teken de punten uit de tabel in een assenstelsel.
  3. Teken een rechte lijn met geodriehoek door de punten.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Bij grafieken die een rechte lijn zijn, hoort een lineaire formule.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Bij grafieken die een rechte lijn zijn, hoort een lineaire formule.

Andere voorbeelden van lineaire formules zijn:
I=3+25t
b=5a0,25

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Bij grafieken die een rechte lijn zijn, hoort een lineaire formule.

Ligt punt A (2 , 3) op de grafiek 

van                                ?
y=21x+2

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Bij grafieken die een rechte lijn zijn, hoort een lineaire formule.

Ligt punt A (2 , 3) op de grafiek 

van                                ?

                                        
dus y is niet 3.  Dus A ligt niet op de grafiek.
y=21x+2
y=212+2=1

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Nu hebben we de lineaire formule 
Ligt het punt (5 , -6) op de grafiek?
B=2a16

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Nu hebben we de lineaire formule 
Ligt het punt (5 , -6) op de grafiek?
B = 2 . 5 - 16 = -6 
B=2a16

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Nu hebben we de lineaire formule 
Ligt het punt (5 , -6) op de grafiek?
B = 2 . 5 - 16 = -6
Dus het punt ligt wel op de grafiek.

B=2a16

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Nu hebben we de lineaire formule 
Ligt het punt (5 , -6) op de grafiek?
B = 2 . 5 - 16 = -6
Dus het punt ligt wel op de grafiek.
Ligt het punt (15, 46) op de grafiek?
B=2a16

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Nu hebben we de lineaire formule 
Ligt het punt (5 , -6) op de grafiek?
B = 2 . 5 - 16 = -6
Dus het punt ligt wel op de grafiek.
Ligt het punt (15, 46) op de grafiek?
B = 2 . 15 - 16 = 14
B=2a16

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.5 Lineaire formules
Nu hebben we de lineaire formule 
Ligt het punt (5 , -6) op de grafiek?
B = 2 . 5 - 16 = -6
Dus het punt ligt wel op de grafiek.
Ligt het punt (15, 46) op de grafiek?
B = 2 . 15 - 16 = 14
Dus het punt ligt niet op de grafiek.
B=2a16

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zelfstandig werken

Maken:

 59, 60, 61, 62, 64, 65 ( blz 194)


10 min stil werken












Zs
Zf
Zf
timer
10:00
Huiswerk bespreken
Extra uitleg

Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk?
Leerdoelen behaald?
Je hebt de leerdoelen van 3.5 behaald 
of weet wat je moet doen om deze te halen

Ligt het punt (3 , 1) op de grafiek van 
                                  ?
y=2x+3

Slide 28 - Tekstslide

Laatste 5 minuten terugkijken op leerdoelen