Alfa B rekenen basis periode 2 plus 1F les 2

Rekenen
Pak je laptop en log vast in in LessonUp. 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenISK

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Rekenen
Pak je laptop en log vast in in LessonUp. 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  1. Tafelboekje
  2. Mevrouw Judith gaat uitleggen.
  3. Zelfstandig werken.
  4. Kahoot? Blooket? 
timer
1:00

Slide 2 - Tekstslide

Getallen


De 6 is een duizendtal      De 6 staat voor 6.000

De 3 is een honderdtal     De 3 staat voor     300


De 8 is een tiental               De 8 staat voor       80


De 0 is een eenheid            De 0 staat voor         0

Slide 3 - Tekstslide

Getallen
Je kunt het getal in een raster schrijven.







D
H
T
E
6
3
8
0

Slide 4 - Tekstslide

Cijferen
Je kunt getallen onder elkaar zetten 
om de som uit te rekenen. 
Ze moeten daarbij goed onder elkaar staan. 
Bij minsommen moet het grootste getal bovenaan.

Slide 5 - Tekstslide

Splitsen
Met splitsen haal je een getal uit elkaar. Je splitst de getallen. Zo kun je handig rekenen. 

Bijvoorbeeld: 32 kun je splitsen in 30 en 2.
124 kun je splitsen in 100, 20 en 4. 

Slide 6 - Tekstslide

In welke getallen splits je 368?
A
3, 6 en 8
B
30, 60 en 80
C
300, 60 en 8
D
300, 60 en 80

Slide 7 - Quizvraag

In welke getallen splits je 614?
A
600, 10 en 4
B
60, 10 en 40
C
6, 1 en 4
D
600, 10 en 40

Slide 8 - Quizvraag

In welke getallen splits je 907?
A
900, 10 en 7
B
900, 0 en 70
C
90, 0 en 70
D
900, 0 en 7

Slide 9 - Quizvraag

In welke getallen splits je 563?
A
50, 60 en 3
B
500 en 63
C
50, 60 en 3
D
5, 6 en 3

Slide 10 - Quizvraag

Handig rekenen
Soms heb je een lastige som. Je kunt die dan misschien oplossen door te splitsen. 

Bijvoorbeeld: 733+217=

Slide 11 - Tekstslide

733+217=
Je kunt 217 splitsen in:
  • 200
  • 10
  • 7
Of in:
  • 200
  • 17

Slide 12 - Tekstslide

733+217=
Eerst doe je 733+200=933
Dan doe je 933+10=943
Dan doe je 943+7=950
Of:
733+200=933
933+17=950

Slide 13 - Tekstslide

Welke som kun je maken?
542+418=

Slide 14 - Open vraag

Welke som kun je maken?
1682+399=

Slide 15 - Open vraag

Welke som kun je maken?
5309+794=

Slide 16 - Open vraag

Klaar met LessonUp!

Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Ga verder met je werkboek.
  • Je mag samenwerken.
  • Je mag mevrouw vragen.
  • Je mag muziek luisteren.
  • Je mag niet YouTube kijken. 
timer
1:00

Slide 18 - Tekstslide