Les 1: Spreken en gesprekken: Hoe zal ik het eens zeggen?

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Oranje en rood

  1. Je stelt je publiek vast​
  2. Je past je woordgebruik en je toon aan aan je publiek​
  3. Je reageert op eenvoudige vragen​
  4. Je houding, intonatie en mimiek ondersteunen wat je zegt​
Lesdoelen
rood

5. Je ondersteunt je voorbereide presentatie met materialen​
 
6. Je blijft trouw aan je spreekdoel

Slide 7 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met: Je stelt je publiek vast?

Slide 8 - Open vraag

Publiek vaststellen 
Publiek verschilt in leeftijd, bijvoorbeeld kinderen, jongeren, volwassenen of ouderen. 

Publiek verschilt ook in kennis en interesses. Je kan iets aan een algemeen publiek vertellen als je ervan uitgaat dat je verhaal interessant is voor een grote groep mensen.

Slide 9 - Tekstslide

Formeel of informeel?
Juf, heb me huiswerk niet gemaakt!
A
Formeel
B
Informeel

Slide 10 - Quizvraag

Jamilla spreekt meneer Jansen aan met 'u'.
Is dit formeel of informeel ?
A
formeel
B
informeel

Slide 11 - Quizvraag

 = 5W+1H vragen
Als iemand je een verhaal vertelt

Slide 12 - Tekstslide

Waarmee ondersteun je je verhaal?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Op het toneel is een overdreven mimiek belangrijk, omdat het anders achter in de zaal niet zichtbaar is.

mimiek =
A
kapsel
B
kostuum
C
gezichtsuitdrukking
D
uitvoering

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor intonatie?
A
Houding
B
Stemgebruik
C
Gebaren
D
Gezichtsuitdrukking

Slide 16 - Quizvraag

Filmpje: Guido Weijers
Vind je dat hij het goed doet?
Wat vind je van zijn houding?
Wat vind je van zijn intonatie en mimiek?


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Oranje:
ROOD:
timer
20:00

Slide 20 - Tekstslide

Oranje en rood

  1. Je stelt je publiek vast​
  2. Je past je woordgebruik en je toon aan aan je publiek​
  3. Je reageert op eenvoudige vragen​
  4. Je houding, intonatie en mimiek ondersteunen wat je zegt​
Lesdoelen
rood

5. Je ondersteunt je voorbereide presentatie met materialen​
 
6. Je blijft trouw aan je spreekdoel

Slide 21 - Tekstslide

Volgende les
We gaan het hebben over het herkennen en geven van een instructie en hoe je deze moet opvolgen


Slide 22 - Tekstslide