Les H4 - Amerikaanse presidentsverkiezingen

Welkom!
Maandag 21 oktober 2024
Docent: Mvr. Rolefes
H4 - Amerikaanse presidentsverkiezingen
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 46 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 200 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Maandag 21 oktober 2024
Docent: Mvr. Rolefes
H4 - Amerikaanse presidentsverkiezingen

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Amerika in een notendop
  • Quiz: Wie is de Amerika expert?
  • In beeld: De Amerikaanse Vlag
  • Wat is jouw mening?
  • Pauze!
  • Amerikaanse verkiezingen in een notendop
  • Debat: Het Amerikaanse kiesstelsel
  • Puzzel: Democraten en Republikeinen 
  • Pauze!
  • Nederlandse vs. Amerikaanse verkiezingen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Driemachtenleer

Slide 4 - Tekstslide

Driemachtenleer
Uitvoerende macht
Rechtsprekende macht
Wetgevende macht

Slide 5 - Tekstslide

Executive branch = 
uitvoerende macht
  • President
  • Vicepresident
  • Presidentskandidaat worden? Geboren in de VS, 14 jaar in de VS hebben gewoond en min. 35 jaar zijn

Slide 6 - Tekstslide

Judicial branch = 
rechtsprekende macht
  • District Courts (94) 
  • Circuit Courts (13)
  • Supreme Court (1)
  • State Trial Courts
  • Intermediate Courts
  • State Supreme Court
  • Rechters worden benoemd voor het leven
  • Federal Law & State Law

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Legislative branch= 
wetgevende macht
  • Senate (Eerste Kamer)
  • 100 senatoren in totaal
  • Twee senatoren per staat

  • House of Representatives (Tweede Kamer)
  • 435 zetels in totaal
  • Aantal leden verschilt per staat

Slide 9 - Tekstslide

Quiz: Wie is de Amerika expert?
  • Maak groepjes van 3/4 leerlingen
  • Schrijf op de A4'tjes: A, B en C (elk A4'tje één letter)
  • Als ik het aangeef, houdt je één A4'tje omhoog (wat volgens jij het juiste antwoord is)
  • Tijd: 20 minuten.

Slide 10 - Tekstslide

1. Wat is de hoofdstad van de Verenigde Staten?
A. Washington, DC
B. New York
C. San Francisco

Slide 11 - Tekstslide

2. Wat is géén begrip of slagen die bekend is geworden door Donald Trump?
A. Make America Great Again
B. Yes we can
C. Fake News

Slide 12 - Tekstslide

3. Aan welke eis moet je voldoen om president te worden?
A. Je moet minimaal 18 jaar oud zijn
B. Je moet minimaal 35 jaar oud zijn
C. Je mag niet ouder dan 70 jaar zijn

Slide 13 - Tekstslide

4. Hoeveel sterren staan er in de Amerikaanse vlag?
A. 50
B. 52
C. 48

Slide 14 - Tekstslide

5. Donald Trump is een:
A. Republikein 
B. Democraat

Slide 15 - Tekstslide

6. Blufvraag: Noem zoveel mogelijk Amerikaanse presidenten.

Slide 16 - Tekstslide

7. Op welke dag begint de nieuw gekozen president met zijn werk?
A. Op Inauguration Day (inhuldigingsdag, 20 januari)
B. Op de dag nadat de verkiezingsuitslag bekend is gemaakt
C. Op Presidents Day (presidentsdag, 20 februari)

Slide 17 - Tekstslide

7. Op welke dag begint de nieuw gekozen president met zijn werk?
A. Op Inauguration Day (inhuldigingsdag, 20 januari)
B. Op de dag nadat de verkiezingsuitslag bekend is gemaakt
C. Op Presidents Day (presidentsdag, 20 februari)

Slide 18 - Tekstslide

8. Welk beroep oefende president Reagan uit voordat hij president werd?
A. Filmster
B. Worstelaar
C. Dolfijnentrainer

Slide 19 - Tekstslide

9. Het Amerikaanse parlement heet:
A. Het Congress
B. Het Pentagon
C. Het Witte Huis

Slide 20 - Tekstslide

10. Wat is een running mate?
A. De campagneleider van de presidentsverkiezingen
B. De verliezer van de presidentsverkiezingen
C. De kandidaat voor de functie van vicepresident

Slide 21 - Tekstslide

11. In de VS is de president het staatshoofd. In Nederland is dit:
A. De koning
B. De minister-president
C. Niemand

Slide 22 - Tekstslide

12. De vrouw van een president heet First Lady. Als er een vrouwelijke president komt, hoe zou men haar man dan noemen?

A. First Mate
B. First Husband
C. First Gentleman

Slide 23 - Tekstslide

13. Wie was de eerste president van de Verenigde Staten?
A. Abraham Lincoln
B. George Washington
C. Theodore Roosevelt

Slide 24 - Tekstslide

14. Van wie was Joe Biden de vicepresident?
A. Barack Obama
B. Donald Trump
C. George Bush

Slide 25 - Tekstslide

15. Blufvraag: Noem zoveel mogelijk Amerikaanse staten.

Slide 26 - Tekstslide

In beeld: De Amerikaanse vlag
  • Maak groepjes van 3/4 leerlingen
  • Ga eerst aan de slag met werkblad 1
  • Nadat werkblad 1 klassikaal besproken is, ga je aan de slag met werkblad 2
  • Tijd: 20 minuten

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Zelf aan de slag (alleen)
  1. Wat is jouw mening?
  2. Als ik president was...
  3. Hoe 'staat' het met je kennis?
  • Tijd: 15/20 minuten

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

De Amerikaanse verkiezingen
Hoe en wat?

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Amerikaanse presidentsverkiezingen
  • Two-Party System
  • "Winner takes all"
  • 538 kiesmannen. Minimaal 270 kiesmannen
  • Indirecte verkiezingen
  • Red States and Blue States
  • Swing States

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Link

Debat: Het Amerikaanse kiesstelsel
  • Maak groepjes van 4 leerlingen
  • Elke leerling in het groepje maakt één van de werkbladen
  • Na 15 minuten vertel jij aan de andere leerlingen in het groepje over jouw werkblad en wat je hebt geleerd.

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Amerika vs. Nederland
  • Werk in tweetallen 
  • Beantwoord de vragen van de volgende dia
  • Gebruik je iPad!

Slide 44 - Tekstslide

Vragen
  • Hoeveel politieke partijen hebben Amerika? En Nederland?
  • Hoeveel macht heeft de president van Amerika? En de minister-president van Nederland?
  • Hoe kiezen mensen hun president in Amerika? En de minister-president van Nederland?
  • Wat zijn de twee grote politieke partijen van Amerika? En van Nederland? En zijn er overeenkomsten?

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze