Op een dag verwonderden de mensen van Abrahams stam zich over de grote hoeveelheden dieren die hij offerde aan Allah. Hij zei tot het verbaasde volk: "Dat is niets bijzonders. We offeren een deel van onze goederen aan God, die ons het leven schonk. Aan mijn Heer zou ik mijn eigen zoon offeren, als Allah mij een zoon zou schenken!"
Een paar jaar later kreeg Abrahams vrouw Hagar een zoon. Zij noemden hem Ismaël. Abraham nam hem overal met zich mee op reis en dankte God iedere dag.
Ismaël was nu zeven jaar oud. Op een nacht, kreeg Abraham in een droom de opdracht van God om zich aan zijn belofte te houden en zijn zoon te offeren. Abraham besloot om honderd kamelen te offeren en smeekte Allah om dit offer in plaats van zijn kind te nemen. Maar de volgende nacht kreeg hij dezelfde droom: "Houd je belofte!" Opnieuw offerde hij honderd kamelen, maar weer kreeg hij dezelfde droom: "houd je belofte!" Abraham wist nu zeker dat hij Ismaël moest offeren. Toen hij 's morgens opstond, het was nu de tiende van de maand dzu-al-hijja,
Abraham was bereid zijn zoon te offeren. En daar kwam de duivel naar hem toe en zei: "Abraham, wat ben jij voor een vader, dat je je eigen zoon gaat doden?" Maar Abraham antwoordde: "Ik heb dit bevel van de Almachtige God gekregen, die alles weet."
Toen nam Abraham het mes in zijn handen en drukte het op de keel van Ismaël om hem te offeren, maar... het mes weigerde te snijden. Verbaasd sleep Abraham het mes opnieuw, maar het liet geen krasje achter op de huid van zijn zoon. Hoe was dit mogelijk? Abraham verloor zijn geduld en smeet het mes op de rots. De rots brak in stukken...
het mes te praten: "Jij wilt snijden, maar het is de Almachtige, die messen laat snijden. Zelfs niet het kleinste haartje van je zoon zou ik kunnen krenken zonder zijn toestemming."
Abraham drukte nogmaals het mes op de keel van zijn zoon en beiden riepen: "Allahu Akbar (God is machtig)," en dezelfde woorden weerklonken uit de hemel: "Allahu Akbar, Allahu Akbar." Het was de stem van de aartsengel Gabriël. Hij verscheen aan Abraham met de woorden: "Abraham, ik breng u de vredesgroet van de Heer van hemel en aarde. Hij schenkt u deze ram om te offeren in plaats van uw zoon."