1. Wk.3.2 aanwijzende voornaamwoorden.

Aanwijzende voornaamwoorden.


Aanwijzende voornaamwoorden zijn een woordsoort
Woordsoorten komen voor bij ontleden.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1Leerroute 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Aanwijzende voornaamwoorden.


Aanwijzende voornaamwoorden zijn een woordsoort
Woordsoorten komen voor bij ontleden.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 1: Ga naar www.lessonup.app

Stap 2: Log in met OFFICE 365 

Stap 3: Je klikt op 'Ja, ik wil deelnemen aan de les'


                                         Welkom!
              Voordat de les is begonnen, heb jij:

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
  • Ik weet wat aanwijzende voornaamwoorden zijn.
  • Ik weet wat vragende voornaamwoorden zijn.
  • Je kunt ze in een zin aanwijzen / benoemen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken
Aanwijzend voornaamwoord is  een woordsoort (grammatica)


Zoals b.v:
lidwoorden, werkwoorden, voorzetsels.


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Instructiefilm
We gaan kijken naar een instructiefilm
(van de kennisbank);
daarna krijgen we een aantal vragen te beantwoorden.

Je mag vast aantekeningen maken!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de aanwijzende voornaamwoorden?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De woorden
die, dat, zulke, deze
zijn
A
woorden die met een -d beginnen
B
betrekkelijke voornaamwoorden
C
aanwijzende voornaamwoorden
D
onbepaalde voornaamwoorden

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aanwijzende voornaamwoorden als 'die' en 'dit' staan meestal vóór een znw.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aanwijzend voornaamwoord:
A
die
B
welke
C
naar
D
wie

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken (mavo 2)
Lees
4.7 grammatica
Maak
Opdracht: 3,4, 5, 6 en 7 
Hoe
Alleen en in stilte
Tijd
10 minuten (stilte)
Eerder klaar?
Als je al jouw fouten hebt bekeken en alles hebt begrepen, mag je iets voor jezelf doen. 
Resultaat
Klassikaal nabespreken
timer
15:00
3

Slide 12 - Tekstslide

Tijdens deze fase van de les controleer je of leerlingen jouw instructie hebben begrepen d.m.v. een begeleide oefening.

Slide 13 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Werkblad

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Denk een momentje na of
je nog vragen hebt?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vragen over "aanwijzende voornaamwoorden" heb je nog?
timer
2:00

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aantekening
Berg deze op in de map:
- Nederlands
                         - Ontleden / grammatica
      - Woordsoorten

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig aan het werk
Nu ga je aan het werk met de taken Nederlands in VO-Next.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies