14/10 H3 woordenschat voorbeeld l1mh

Stoplicht tijdens de les
In stilte werken, je mag geen vragen stellen

Je werkt in stilte en mag vragen aan de docent stellen

Je mag vragen aan de docent stellen, samenwerken of overleggen.

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Stoplicht tijdens de les
In stilte werken, je mag geen vragen stellen

Je werkt in stilte en mag vragen aan de docent stellen

Je mag vragen aan de docent stellen, samenwerken of overleggen.

Slide 1 - Tekstslide

Diataal
Google: diataal diatoets leerling inloggen
Inloggen met gegevens strookje:
Fior... = gebruikersnaam - letters = wachtwoord
15 minuten!


Huiswerkcontrole:
Blz. 51 t/m 53 opdracht 2, 4 en 
Blz. 76 t/m 79, opdracht 2, 3 en 4
+ nakijken en verbeteren met een andere kleur!
timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

timer
20:00
Huiswerkcontrole:

Blz. 51 t/m 53 opdracht 2, 4 en 5

Blz. 76 t/m 79, opdracht 2, 3 en 4

+ nakijken en verbeteren met een andere kleur!

Slide 3 - Tekstslide

Testcorrect
Inloggen met Entree:
School e-mail

Slide 4 - Tekstslide

Woordenschat
H3

Slide 5 - Tekstslide

Planning
  • Voorlezen/kleuren (hebben we gedaan)
  • Instructie/quiz
  • Werken 
  • Afsluiten

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoel

Aan het einde van deze les:

  • ken je drie woordraadstrategieën
  • kun je uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken
  • kun je bij voorbeelden herkennen en uitleggen welke woordraadstrategie je in moet zetten
  • kun je bij het lezen van een tekst de betekenis van lastige woorden achterhalen door woordraadstrategieën te gebruiken











Slide 7 - Tekstslide

Schrijf drie dingen op
die je van
de vorige les
onthouden hebt.

Slide 8 - Woordweb

Woordraadstrategie

Een woordraadstrategie is een handige manier om achter de betekenis van een woord te komen:

  • synoniem
  • omschrijving
  • voorbeeld
  • tegenstelling
  • bekend woorddeel
  • Bekijk de afbeelding

Slide 9 - Tekstslide

Woord-raad-strategie
Woord: groep van spraakklanken met een eigen betekenis
Raad: op goed geluk (het juiste) antwoord geven op een vraag; gissen 
Strategie: plan van handelen

Slide 10 - Tekstslide

Woordraadstrategie synoniem
Zoek naar een synoniem: een ander woord met dezelfde betekenis.
  • Exact - Precies
  • vreemde snuiter - rare snijboon - zonderling

Vaak vind je als je even verder leest in de tekst een synoniem voor een moeilijk woord dat je niet weet.

Slide 11 - Tekstslide

Omschrijving zoeken

Denk aan 30 seconds: 

- Je geeft een omschrijving van een woord, zonder het woord te zeggen. 

Slide 12 - Tekstslide

De context gebruiken
  • De 'context' zijn de woorden of zinnen rondom het nieuwe
    woord.


  • De context helpt je te raden wat het woord betekent.


  • Soms staat er eerder of verderop in de tekst een synoniem (vorig hoofdstuk) of een omschrijving. Door een stukje verder en terug te lezen, kan je soms dus de betekenis van een woord achterhalen.

Slide 13 - Tekstslide

Woordraadstrategie omschrijving:
De schrijver geeft een omschrijving (definitie) van het woord.

  • Mijn oma is geholpen aan staar, een aandoening waarbij de lens is vertroebeld.
  • Bij het vakantiehuis van de beroemde zanger lagen paparazzi op de loer. Deze op schandalen beluste, heel opdringerige persfotografen hoopten op een bijzondere foto.

Slide 14 - Tekstslide

Woordraadstrategie omschrijving:
Omschrijving: geeft een omschrijving van de betekenis van een woord. Zo'n omschrijving vind je ook in het woordenboek.
   
Definitie: een heel nauwkeurige omschrijving van de betekenis van een woord. In leerboeken vind je vaak definities.

Slide 15 - Tekstslide

Welk dier is geen voorbeeld van een huisdier?
A
konijn
B
hond
C
hamster
D
muskusrat

Slide 16 - Quizvraag

Woordraadstrategie: een voorbeeld zoeken:
Soms staan er in een tekst voorbeelden om onbekende woorden uit te leggen. Je weet dan meteen wat de schrijver bedoelt.
  • Bij een voorbeeld vind je vaak de volgende woorden: bijvoorbeeld, zo is er..., zoals, denk maar aan..., neem
  • Ook een dubbele punt kan aangeven dat er voorbeelden volgen: 'zij houden van balsporten: voetbal, volleybal, korfbal.'


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

De meeste zuivelproducten, bijvoorbeeld melk en kaas, bewaar je in de koelkast.


Voorbeeld(en) 
Voorbeeld(en) van ...  Waaraan zie je dat er een voorbeeld volgt?
melk en kaas      zuivelproducten                                        bijvoorbeeld              

Slide 19 - Tekstslide

Werk voor deze les + huiswerk: 

Blz. 79, opdracht 5 en 6
+ nakijken en verbeteren met een andere kleur!

Wat niet af is = huiswerk
Klaar = lezen
Stel de volgende les vragen over fouten die je niet begreep!
timer
20:00

Slide 20 - Tekstslide

Lesdoel

Aan het einde van deze les:

  • ken je drie woordraadstrategieën
  • kun je uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken
  • kun je bij voorbeelden herkennen en uitleggen welke woordraadstrategie je in moet zetten
  • kun je bij het lezen van een tekst de betekenis van lastige woorden achterhalen door woordraadstrategieën te gebruiken











Slide 21 - Tekstslide

Ik ken drie woordraadstrategieën en
kan uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Reflectie:
Wat ging bij jou goed tijdens deze les?
Wat kan nog iets beter?

Slide 23 - Open vraag

Feedback
Wat vond je fijn/goed aan deze les?
Wat zou je liever anders zien?

Slide 24 - Open vraag