Mozes zwerft als …………………… door de woestijn. Daar krijgt hij de opdracht van God om zijn volk, dat als…………………. voor de farao werkt, te bevrijden. …………….wordt de leider van het volk. Nadat God het volk van Egypte met tien………………… gestraft heeft, laat de farao Mozes en zijn volk vertrekken.
Vlak voor hun vertrek uit………………….. vieren de Israëlieten hun …………….............. met het …………………………..