Les 43, coniunctivus praesens in hoofdzinnen
1 / 20
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Vertaal:
hoc faciamus
hoc faciamus
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Utinam sol illucescat.
(illucescere = beginnen te schijnen)
(illucescere = beginnen te schijnen)
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Vertaal en noteer hoe de coni. gebruikt is:
Quid dicam?
Quid dicam?
Slide 17 - Open vraag
Vertaal en noteer hoe de coni. gebruikt is:
amicos iuvemus
(iuvare = helpen)
amicos iuvemus
(iuvare = helpen)
Slide 18 - Open vraag
Vertaal en noteer hoe de coni. gebruikt is:
Utinam novus imperator pacem faciat.
(pax = vrede, novus = nieuw)
Utinam novus imperator pacem faciat.
(pax = vrede, novus = nieuw)
Slide 19 - Open vraag
Vertaal en noteer hoe de coni. gebruikt is:
Ne talia verba improba dicas!
(talis = zulk, improbus = gemeen)
Ne talia verba improba dicas!
(talis = zulk, improbus = gemeen)
