Unité 2 ça se discute

Unité 2
Leerdoelen
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Unité 2
Leerdoelen

Slide 1 - Tekstslide

faites 1 & 2

Slide 2 - Tekstslide

Regardez le court métrage
et faites 3 et 4. 

Slide 3 - Tekstslide

1. Prends ma main

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Écoute la chanson jusqu'à 1:16 min. 
Choisis les cinq mots que tu entends.
la tête
regarder
écouter
la jambe
les oreilles
le temps
lire
les yeux
l'argent
le monde
écrire

Slide 6 - Sleepvraag

2. Bienvenue chez moi

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Écoute la chanson jusqu'à 1:33 min. 
Choisis les cinq villes que tu entends.
Avignon
Bordeaux
Brest
Cannes
Lille
Lyon
Marseille
Nice
Paris
Rouen
Toulouse

Slide 9 - Sleepvraag

Votre réponse d'exercice 6

Slide 10 - Open vraag

Exercice 7 
vocabulaire 
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Lisez en duo
Texte page 38
Faites exercice 8,9

timer
20:00

Slide 12 - Tekstslide

Les devoirs
Kijk het fimpje over het bijwoord. 
https://thiememeulenhoff.bbvms.com/p/basic_720_400_ap/c/2875015.html
Herhaal de woorden van un 2 regarder en lire.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Exercice E | Grammaire 
Complétez les phrases à l’aide des mots donnés.
1 Toutes les amies de Marc sont des … . (aardige meisjes)
2 J’adore mon … , je le porte presque tous les jours. (blauwe spijkerbroek)
3 Ce … fait toutes les courses à vélo ! (oude man)
4 Nathalie Nothomb écrit des … . (interessante romans)
5 C’est une … ; il y a beaucoup d’accidents. (gevaarlijke weg)
6 Mon frère a acheté une … de 1995. (grote auto)

Slide 15 - Tekstslide

Exercice G | Grammaire III
Complétez les phrases. Écrivez tout en lettres. 6 points
1 Mon anniversaire, c’est ... . (vul je verjaardag in)
2 Ma grand-mère va avoir … demain. (79 jaar)
3 Le bébé de Chantal est né hier à … . (12.30 uur)
4 Son cours de musique est … . (elke vrijdag om 16.15 uur)
5 Ce magasin est fermé … . (van 6 tot 20 juli)
6 Est-ce qu’il y aura des Jeux Olympiques en … ? (2028)

Slide 16 - Tekstslide

In twee of drietallen
Maak een presentatie (google) waarin jullie het bijwoord en bijvoeglijk naamwoord uitleggen. 
Dit moet in ongeveer 5 minuten, vergeet niet de uitzonderingen.

Deel de presentatie met mij. 

Slide 17 - Tekstslide

Au travail
Daarna maak je 11c t/m 11d

daarna 12 t/m 16

Slide 18 - Tekstslide

Un objet trouvé
Je hebt op straat in Parijs een Apple Watch gevonden. Je kunt niet zien van wie het is, maar je denkt er goed aan te doen om het af te geven op het politiebureau. 
Je zoekt op de site van de politie wat je moet doen. Je werkt in een tweetal, 
Ik zet jullie in breakoutrooms en jullie posten over 10 min jullie verhaal over wat je moet doen en hoe in het Nederlands Dit doe je op de padlet: https://padlet.com/nar1/v2atf6rhaqaf1okq

Slide 19 - Tekstslide

Faites ex 14 + 15
Daarna ga je opdracht 17 maken in een drivebestand, deze komt na 10 minuten op de volgende pagina. 

Je hebt straks 20 minuten om je tekst te schrijven, daarna geef je een klasgenoot feedback. Als je dat hebt gedaan dan verbeter je jouw ontvangen. feedback en deel je tenslotte het bestand met mij.
timer
10:00

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Les devoirs
faites ex 18a, b
Check hiervoor elo voor het werkwoordschema.

leren woordjes un 2, allemaal. 

Slide 22 - Tekstslide

LES FILMS FRANÇAIS
Comment s’appelle ce film français?
A
Le Fabuleux Destin d'Amélie Poulain
B
Qu'est-ce qu'on a fait au bon Dieu?
C
Intouchables
D
Taxi

Slide 23 - Quizvraag

LA SOCIÉTÉ FRANÇAISE
Qui est ce monsieur dans la vidéo?
A
Gérard Depardieu
B
Emmanuel Macron
C
Matt Pokora
D
Stromae

Slide 24 - Quizvraag

LA SOCIÉTÉ FRANÇAISE
Qui sont ces personnes dans la vidéo?
A
Des policiers
B
Des professeurs
C
Des gilets jaunes
D
Des touristes

Slide 25 - Quizvraag

THÈME 3: LA SOCIÉTÉ FRANÇAISE
On parle de quoi dans la vidéo?
A
Des élections présidentielles
B
Des vacances
C
Du Coronavirus
D
De l'école

Slide 26 - Quizvraag

Comment s'appelle ce dessert français?
A
Île flottante
B
Tarte normande aux abricots
C
Crème brûlée
D
Profiterole

Slide 27 - Quizvraag

Comment s'appelle ce plat français?
A
Escargots de Bourgogne
B
Moules Frites
C
Magret de Canard
D
Foie Gras

Slide 28 - Quizvraag

Stel jezelf voor in drie zinnen.
timer
2:00

Slide 29 - Open vraag

Vertel wat je hobby's zijn en beschrijf hoe je eruit ziet.
timer
3:00

Slide 30 - Open vraag

Vertel dat een vrouw je tas heeft gestolen. De vrouw had bruin haar en een gele jas. Je bent aangifte gaan doen.
timer
4:00

Slide 31 - Open vraag

Opdracht 17

Slide 32 - Tekstslide

Salut !

Il y a deux mois, j’ai vu un reportage à la télé sur la situation des enfants dans les pays en développement. J’ai décidé d’agir. Tous mes amis ont voulu participer. J’ai proposé d’organiser une fête. Mes amis ont cherché des sponsors. Un boulanger et un boucher ont sponsorisé notre action. Nous avons aussi organisé une loterie et nous avons vendu les billets de loterie aux élèves et à nos familles. Grand succès : nous avons récolté 1000 euros !

À bientôt,
[nom]

Slide 33 - Tekstslide

Ga verder met:
12 t/m 16 van un 1,2,3. Deze voorbereidende opdrachten geven ondersteuning bij je brieven. 

Slide 34 - Tekstslide