Pedagogisch klimaat les 3

pedagogisch klimaat
Les 3
Marieke Korbeld
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

pedagogisch klimaat
Les 3
Marieke Korbeld

Slide 1 - Tekstslide

licentie/ boek pedagogisch klimaat 
Thema 3 begeleiden in de groep

Slide 2 - Tekstslide

Wat kun je nog terug
halen van de vorige les?

Slide 3 - Woordweb

Het vier-ogen principe
 Betekent dat het mogelijk moet zijn je werk te doen, terwijl er een volwassene in de buurt meekijkt of meeluistert. Zo voorkom je (seksueel) misbruik of mishandeling van kinderen in de dagopvang. In de praktijk kun je dan denken aan:
 
-open en transparante ruimtes, waarbij zicht is op elkaars werkzaamheden;
-werken met twee medewerkers op een groep;
-babyfoon in de slaapkamer;
-glazen wanden en gebruik van spiegels in hoeken;
-training op protocol en aanspreekcultuur;
-doorkijkgaten in deuren of muren.

Slide 4 - Tekstslide

3 basisbehoeftes van het kind

Slide 5 - Tekstslide

ontwikkeling identiteit
-Kinderen ontwikkelen vanaf een jaar of 6 een persoonlijke identiteit. Een kind gaat steeds beter beseffen dat het zelf iemand is. 
-De ontwikkeling van een persoonlijke identiteit kan alleen plaatsvinden in contact met anderen. 
-Vooral vriendjes en vriendinnetjes hebben invloed op deze identiteitsvorming omdat kinderen zich met anderen vergelijken en gevoelig zijn voor opmerkingen van andere kinderen.

Slide 6 - Tekstslide

ontwikkelen identiteit
-In de leeftijd van 9 tot 12 jaar ontwikkelen kinderen hun vermogen tot zelfreflectie. 
-Dat wil zeggen: met een kritische blik kunnen kijken naar zichzelf. 
-Door zichzelf te vergelijken met anderen stelt het kind zijn of haar identiteit steeds een beetje bij. 
-Dit kan positief en negatief uitpakken. Een kind wordt gepest of afgewezen of is juist heel populair. Dit heeft veel invloed op het zelfbeeld van een kind

Slide 7 - Tekstslide

Voor een pedagogisch werker zijn de volgende interactievaardigheden van belang:


-autonomie respecteren;

-sensitieve responsiviteit;
-structureren en grenzen stellen;
-praten en uitleggen;
-ontwikkelingsstimulering;
-interacties begeleiden. (interactie= wisselwerking) 




Slide 8 - Tekstslide

verschillende soorten groepen
van welke groepen maak jij deel uit?
welke rol heb jij in de verschillende groepen?
heb je steeds dezelfde rol of steeds een andere rol?

Aan de rollen in de groep kun je zien of je te maken hebt met een positief of negatief groepsklimaat

Slide 9 - Tekstslide

Rollen in een positief groepsklimaat
- de gezagsdrager
- de sociaal werker
- de organisator
- de verkenner
- de volgers
- de appellant
- de grapjas

Slide 10 - Tekstslide

rollen in een negatief groepsklimaat
- de machthebber
- de onrustzoekers
- de meelopers
- de zondebok

Slide 11 - Tekstslide

Stage-opdracht
Bekijk het formulier dat je van mij krijgt. 
Hier staan alle rollen van een groep op. 
Neem deze mee naar stage en kijk eens of je kinderen kunt koppelen aan een bepaalde rol.


Welke rol pak jij in deze groep?

Slide 12 - Tekstslide

Groepsvorming
De groepsontwikkeling is de levenscyclus van een groep.
Dit bestaat uit vijf fases:
- de vormfase
- de stormfase
- de normfase
- de prestatiefase
- de afscheidfase

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht; duur 10 minuten.
- Ga weer in hetzelfde tweetal aan de slag.
- zoek de theorie op in Thieme: pedagogisch Klimaat; Thema 3 begeleiden in de groep> de groep.
- Lees de theorie over de fases in de groep.
- bespreek en noteer: in welke fase bevind de groep zich waarover jij in de vorige opdracht gesproken hebt?
- Waarom denk jij dat de groep zich in die fase bevind?

Slide 14 - Tekstslide

welke (gedrags) regels zijn er bij jou op stage?
Bijvoorbeeld:
- Ik laat de ander uitpraten.
- Ik noem de ander bij de voornaam.
- Ik vraag het netjes als ik iets van de ander wil hebben.
- Ik stop of doe een stap terug wanner de ander ' stop', ' nee' of ' hou op' zegt.
-....


Slide 15 - Tekstslide

Opdracht voor deze week
-observeer deze week op stage hoe de sfeer in de groep is. En hoe stimuleren ze de groepssfeer?
-welke rollen zie je?
-welke normen en waarden zie je bij de kinderen?
- Onderzoek of er een pestprotocol is op jouw stageplek.
- Wat er wordt in gezet op het gebied van pesten.

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen: Thema 1 hoofdstuk 3 begeleiden in de groep; de groep.

Maken: Thema 1 hoofdstuk 3 begeleiden in de groep; de groep verwerkingsniveau 3 en 4 alles behalve vraag 3b, 3c, 4b en 4 c niet en alle de vragen; begrijp je de theorie!

Slide 17 - Tekstslide