Ablativus absolutus

Ablativus absolutus
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Ablativus absolutus

Slide 1 - Tekstslide

Ablativus absolutus
  • Naamwoord en participium in de ablativus
  • Je maakt er een bijwoordelijke bijzin van
  • Voegwoorden terwijl, nadat
                                     omdat
                                     hoewel
  • naamwoord wordt onderwerp
  • participium wordt pers.vorm

Slide 2 - Tekstslide

Kijk goed: 
of het een PPA (gelijktijdig en actief: terwijl/omdat/wanneer/hoewel……) 
of PPP (voortijdig en passief: nadat/toen/omdat…..) betreft. 

Slide 3 - Tekstslide

Caesare occiso Brutus domum iit.
occiso is een:
A
PPA dus gelijktijdig met het hoodwerkwoord
B
PPP dus natijdig aan het hoofdwerkwoord

Slide 4 - Quizvraag

Vul aan: Brutus ging naar huis,
A
nadat Caesar hem vermoord had
B
nadat Caesar vermoord was
C
terwijl Caesar vermoord werd
D
terwijl hij Caesar vermoordde

Slide 5 - Quizvraag

2 Omnibus ridentibus - vir intravit.
ridentibus is een
A
PPA dus gelijktijdig ah hoofdwerkwoord
B
PPP dus voortijdig aan het hoofdwerkwoord

Slide 6 - Quizvraag

Maak af:
2 De man ging naar binnen,
A
Nadat allen lachten
B
Terwijl allen lachen
C
Terwijl allen lachten
D
Geen van allen is goed

Slide 7 - Quizvraag

3 De Romeinen waren blij,
Necatis Gallis (Gallus = Gallier)

Slide 8 - Open vraag

4 Vader ging weg,
me lacrimante (lacrimare= huilen)

Slide 9 - Open vraag

Vragen?
Nu naar tekst 50

Slide 10 - Tekstslide