Ik kan het doel van een afbeelding bij de tekst benoemen.
Ik kan informatie uit de afbeelding halen.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1
In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Tekst en afbeelding
Ik kan het doel van een afbeelding bij de tekst benoemen.
Ik kan informatie uit de afbeelding halen.
Slide 1 - Tekstslide
Instructiefilmpje
Nieuw Nederlands - 1bk - Meer dan lezen - Onderwerp
Slide 2 - Tekstslide
DOELEN
- Je kunt het doel van afbeeldingen bij een een tekst benoemen
- Je kunt rekening houden met afbeeldingen als je een tekst leest
Slide 3 - Tekstslide
Afbeeldingen
Vaak worden ook afbeeldingen gebruikt om de tekst te ondersteunen. Een schrijver kan bijvoorbeeld gebruikmaken van foto’s, tekeningen, schema’s, (land)kaartjes, tabellen, grafieken en diagrammen.
Slide 4 - Tekstslide
Afbeeldingen
Tekeningen
Schema's
Kaartjes
Tabellen
Grafieken
Diagrammen
Slide 5 - Tekstslide
Waarom staan er afbeeldingen bij een tekst?
Slide 6 - Open vraag
Bekijk en lees de tekst.
Slide 7 - Tekstslide
Wat is de doel van de afbeelding in het midden? a. aandacht trekken b. informatie toevoegen c. tekst duidelijker maken
A
aandacht trekken
B
informatie toevoegen
C
tekst duidelijker maken
Slide 8 - Quizvraag
Welke tekstvorm heeft altijd een tekst en een afbeelding? a krantenbericht b filmrecensie c advertentie d boek
A
krantenbericht
B
filmrecensie
C
advertentie
D
roman
Slide 9 - Quizvraag
Bekijk en lees de tekst.
Slide 10 - Tekstslide
Wat is de functie van het plaatje in deze advertentie?
a. aandacht trekken b. informatie toevoegen c. tekst duidelijker maken
A
aandacht trekken
B
informatie toevoegen
C
tekst duidelijker maken
Slide 11 - Quizvraag
Bekijk en lees de tekst.
Slide 12 - Tekstslide
Wat is de functie van het plaatje in dit artikel?
a. aandacht trekken b. informatie toevoegen c. tekst duidelijker maken
A
aandacht trekken
B
informatie toevoegen
C
tekst duidelijker maken
Slide 13 - Quizvraag
Een afbeelding bij een tekst heeft altijd maar één functie.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 14 - Quizvraag
Waar zal deze tekst over gaan?
Slide 15 - Tekstslide
Waar zal deze tekst over gaan?
Slide 16 - Open vraag
Waar zal deze tekst over gaan?
Slide 17 - Tekstslide
Waar zal deze tekst over gaan?
Slide 18 - Open vraag
Had je het goed ingeschat?
Slide 19 - Tekstslide
Wist jij dat er insecten in deze producten zitten?
Slide 20 - Tekstslide
Kun je deze tekst ook begrijpen zonder de plaatjes?
ja
nee
Slide 21 - Poll
Wil je deze producten nog steeds eten nu je weet dat er insecten in zitten? Leg uit!
Slide 22 - Open vraag
Rouleren met opdrachten!
Wat heb je nodig:
- blaadje/schrift
- pen of potlood
Alle andere spullen ruim je op en doe jouw tas.
In tweetallen ga je twee opdrachten maken.
Ben je klaar? Dan ga je naar een volgende opdracht.
Let op: je mag niet schrijven op de opdrachtenkaartjes.
Slide 23 - Tekstslide
GELEERD?
- Je kunt de functie van beelden bij een een tekst benoemen
- Je kunt rekening houden met afbeeldingen en de opmaak als je een tekst leest