1. Ik kan benoemen wat de Europese Unie doet.
2. Ik kan twee wetten benoemen die door de EU nu ook in Nederland gelden.
In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 2 videos.
Gebruik je
boek blz. 20-23
1. De leerling kan benoemen wat de Europese Unie doet.
2. De leerling kan twee wetten benoemen die door de EU nu ook in Nederland gelden.