A2- periode 4 - H6- clase 2 -khe

• Spaans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

¡Buen viaje!

Clase 2

¿De qué país es esta bandera?

Cijfers in P4

21 mei	Toetsweek p4
Landenpresentatie telt 3x mee	Hoofdstuktoets 6 telt 3x mee
	Toetsstof H6 Vocab. 6.1 t/m 6.5; Frase clave p.6-7; Grammatica: - nr. 11 betrekkelijk vnw; - nr. 15ab trappen van vergelijking; - nr. 30-31 ser-estar-hay; - nr. 35 presente - nr. 36-37 presente perfecto, ook onregelmatig; - nr. 38 futuro inmediato ir a + inf; - getallen TB p.97 (1-miljoen in beide richtingen, grotere getallen alleen S-N)

La planificación de hoy

Diez minutos: introducción

Diez minutos: Comprobar los deberes

Diez minutos: vocabulario 6.1

Quince minutos: Betrekkelijk voornaamwoord

Diez minutos: ejercicios

Diez minutos: frases clave

cinco minutos: evaluación

patagonia

Comprobamos los deberes

1. Shade, Luke, Thirza, Min Ming, Assia, Laura, Noa & Silke missen nog een vocaboekje. 

2. Leg pagina 13 open van je vocaboekje, docent controleert huiswerk. 

3. Na de controle krijg je een antwoordblad waarmee je gaat nakijken. 

4. Klaar? Ga alvast in stilte vocabulaire 6.1 leren

Los mapuches - Inheemse volk van Chili

Vocabulario

Overhoor elkaar met de woorden van 6.1

Santiago de Chile

Welke 3 woorden kan jij nog onthouden uit 6.1? Schrijf het Spaanse woord op met de Nederlandse betekenis

Betrekkelijk voornaamwoord

Als je twee zinnen verbindt met een betrekkelijk voornaamwoord, gebruik je in het Spaans 'que'

Voorbeeld: 

EXPLICACIÓN: Gramática no. 11 (p.14)

España un país que tiene muchas playas. 

Spanje is een land dat veel stranden heeft.

¿Qué tal vas de geografía?

HACER: 

1.      Voc. p.15 ejercicio 1: betrekkelijk vnmw
2. Voc. p.35 ejercicio 2: betrekkelijk voornaamwoord (gebruik evt. gram nr. 11)
3. Voc. p.32 ejercicio 1: geografische namen, zinsbouw

Klaar? Werk verder aan p.34 oef 3

LET op: hier heb je ook het verschil tussen al norte / en el norte; zie ook frases clave 1 zin 2-3

texto 1 ... (Machu picchu)

texto 2 .... (salto del ángel)

texto 3 .... (Pirámide Maya de chichén itzá)

texto 4 ... (moáis de la Isla de pascua)

A practicar

HACER: 

3. Voc. p.36 ejercicio 3: Buscar información en el mapa (p. 155 TB)

4. Voc. p.37 ejercicio 4: ser/estar/hay (bij TB p.81 1C)

Snel klaar? 

Maak extra opdracht Voc p. 45.

Kijk p.34 zelf na

Op p.38 staat informatie over de landen en plaatsen van p.34. 

Lees de info en beoordeel of jouw antwoord correct is.

¡A hablar!

ESTUDIAR + PRACTICAR: 

Frases clave 1

Desierto de Atacama

Los deberes

Estudiar: 

- Voca 6.1 & 6.2

- Frases clave 1 

- Betrekkelijk voornaamwoord 

 Hacer: 

Voc. p.15 ejercicio 1: betrekkelijk vnmw

Voc. p.33 ejercicio 2: betrekkelijk voornaamwoord (gebruik evt. gram nr. 11)

Voc. p.32 ejercicio 1: geografische namen, zinsbouw

Voc. p.35 ejercicio 4: ser/estar/hay (bij TB p.81 1C)

GROTE GETALLEN 

¿Cómo formar los números grandes? 

Explicación TB p.97

1. ESCUCHAR + HACER: WB p.67, ejercicio 5AB

2. HACER (individual): WB p.67 ejercicio 6

oef 5AB

Moeilijke woorden:

Veneno = gif

Matar = doden

Pila = batterij