Periode 4 - week 14 - H.6 Spreken


Welkom!

Nederlands 
periode 4
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Welkom!

Nederlands 
periode 4

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Donderdag 18 november

     



  • AGENDA - Huiswerk woensdag 24-11, 5e uur
  --> maken: H. 2.6-Schrijven, blz. 78, schrijftaak
  --> nakijken: opdr. 7, 9, 10, blz. 76


       


-agenda, pen
-Chromebook


PAK JE

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Donderdag 18 november

     



  • AGENDA - Huiswerk woensdag 24-11, 5e uur
  --> maken: H. 2.6-Schrijven, blz. 78, schrijftaak
  --> nakijken: opdr. 7, 9, 10, blz. 76


       
H.6.7, p. 245
--> opdr. 1, 2 
SCHRIJF IN JE AGENDA
Huiswerk vrijdag 13-5, 4e uur:

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Donderdag 7 april
Wat gaan we doen?    

  • Opfrisser: quizje
  • Oefening: volgorde
  • Filmpje
  • Werktijd: instructie maken en uitvoeren

       

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
             INSTRUCTIE

- Je kunt herkennen wat    er in een instructie            hoort
- Je kunt een instructie      schrijven 


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opfrisquizje! 
Drie vragen 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij een instructie gebruik je vaak
A
vraagzinnen
B
de gebiedende wijs
C
uitroeptekens
D
bijzinnen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Eerst, daarna, vervolgens, ten slotte.
Deze woorden noem je ook wel:
A
signaalwoorden van volgorde
B
werkwoorden om te doen
C
bijvoeglijk naamwoorden
D
instructiewoorden

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een instructie begint bijna elke zin met een
A
Lidwoord
B
Bijvoeglijk naamwoord
C
Zelfstandig naamwoord
D
Werkwoord

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 

Kijk naar de instructie hiernaast. Het is een instructie voor een spel met een fles.

- Zet de verschillende stappen in een     logische volgorde 
- Schrijf de cijfers in de goede                   volgorde op






Instructie
1) Ga in een kring om de fles zitten.
2) Schrijf de opdracht op een                       papiertje en rol hem op.
3) Voer de opdracht uit die op het              papiertje staat.
4) Draai de fles rond tot hij stopt.
5) Bedenk allemaal een opdracht.
6) Degene naar wie de fles wijst, pakt       een papiertje uit de fles.
7) Stop de opdrachten in een fles.





Slide 10 - Tekstslide

Bron: www.jeanne-miniatuur-schilderij.nl via Google

Noteer de juiste volgorde in je schrift.

Antwoord:
Juiste volgorde moet zijn:
5 - 2 - 7 - 1 - 4 - 6 - 3

Wat is de juiste volgorde?
A
2, 5, 4, 7, 1, 6, 3
B
5, 7, 2, 4, 1, 6, 3
C
5, 2, 7, 1, 4, 6, 3
D
5, 2, 1, 6, 7, 4, 3

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er gaat iets mis.
Spiek alvast in het schema. 
Filmpje!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat ging er mis?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

A - complete opdracht
B - instructie schrijven - stap voor stap
C - instructie uitvoeren
D - reflecteren en verbeteren - bekijk de tekeningen
Opdracht Instructie 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Je maakt een eenvoudige tekening van een voorwerp. 
    Houd de tekening geheim!
2. Schrijf een instructie om het voorwerp te tekenen.
2. Jij bent straks de instructeur. Jij geeft instructies. Je buur is          de tekenaar. Hij of zij weet niet wat je in gedachten hebt.
3. Jij vertelt straks stap voor stap wat de ander moet tekenen.          De ander moet precies hetzelfde tekenen als wat jij hebt                getekend. Maar... je buur mag niet weten welk voorwerp jij            hebt getekend! En je mag dus niet zeggen: teken een huis. Je      zegt bijvoorbeeld: teken een horizontale lijn van 5 centimeter.
4. De tekenaar voert jouw instructie zo precies mogelijk uit.
5. Je vergelijkt de tekeningen en verbetert je instructie. 
     
 
A. Instructie schrijven - de opdracht

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 - Pak een lege pagina in je schrift. Maak een eenvoudige tekening. Gebruik eventueel kleurtjes. 
2 - Schrijf nu een instructie bij jouw tekening zodat 
de ander aan de hand van deze instructie dezelfde tekening kan maken. 
timer
10:00
B. Instructie schrijven - stap voor stap
Pas het schema toe:

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- Bepaal wie begint met tekenen/ instructie geven

- Voer de twee instructies om de beurt uit. 
timer
5:00
C. Instructie uitvoeren

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Welke overeenkomsten en verschillen zijn er?
2. Als jullie tekeningen van elkaar verschillen,            hoe komt dat dan?
3. Is het schema       goed toegepast?
4. Wat was goed aan de instructie 
    en wat kan beter? Geef je buur advies.
  Verwerk het advies en verbeter je instructie.
timer
8:00
D. Reflecteren + verbeteren - bekijk de tekeningen
Doen:

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enkele instructies uitvoeren

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Twee dingen die je geleerd hebt deze les

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je deze les nog niet zo goed begrepen/ wat zou je nog willen leren over het geven van een instructie?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerling...
Gaat een instructie geven over...
Let goed op, je moet een tip en een top geven over de manier van presenteren.
timer
1:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies