De AVG en jouw privacy

• Bedrijfseconomie
• MBO
• Studiejaar 2

De AVG en jouw privacy

Leerdoel

Aan het einde van de les weet je wat de AVG is en welke rechten jij hebt op het gebied van privacy.

Vertel de leerlingen wat ze zullen leren in deze les.

Wat weet je al over de AVG?

Wat weet je al over de AVG?

Wat is de AVG?

De AVG is de Algemene Verordening Gegevensbescherming. Het is een wet die de privacy van mensen beschermt en reguleert hoe bedrijven en organisaties persoonlijke gegevens mogen gebruiken.

Leg uit wat de AVG is en waarom het belangrijk is.

Welke persoonlijke gegevens?

De AVG beschermt alle persoonlijke gegevens, zoals je naam, adres, geboortedatum, foto's en e-mails.

Laat de leerlingen weten welke gegevens beschermd worden onder de AVG.

Jouw rechten

Onder de AVG heb je het recht om te weten welke gegevens bedrijven van je hebben, om deze gegevens te laten corrigeren of verwijderen en om bezwaar te maken tegen het gebruik van je gegevens.

Vertel de leerlingen welke rechten ze hebben onder de AVG. Geef voorbeelden.

Toestemming

Bedrijven moeten toestemming vragen voordat ze persoonlijke gegevens mogen gebruiken. Dit moet vrijwillig gebeuren en je moet goed geïnformeerd zijn over waarvoor je toestemming geeft.

Leg uit wat toestemming betekent onder de AVG.

Boetes

Bedrijven die de AVG overtreden kunnen hoge boetes krijgen. Dit kan oplopen tot 4% van hun jaarlijkse omzet.

Laat de leerlingen weten welke gevolgen overtreding van de AVG kan hebben voor bedrijven.

Oefening

Laat de leerlingen in tweetallen bedenken welke persoonlijke gegevens ze niet willen delen met anderen. Laat ze ook bedenken welke bedrijven hun gegevens hebben en wat ze daarvan weten.

Geef de leerlingen de tijd om na te denken en samen te werken. Bespreek daarna de antwoorden klassikaal.

Samenvatting

De AVG is een wet die persoonlijke gegevens beschermt en reguleert hoe bedrijven deze gegevens mogen gebruiken. Onder de AVG heb je als individu rechten, zoals het recht om te weten welke gegevens bedrijven van je hebben en om bezwaar te maken tegen het gebruik van je gegevens.

Herhaal kort wat de leerlingen hebben geleerd in deze les.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.